ECLI:NL:HR:1995:AA1492
Hoge Raad
- Cassatie
- De Moor
- C.H.M. Jansen
- Van der Putt-Lauwers
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid beroep in cassatie inzake naheffingsaanslag omzetbelasting
In deze zaak gaat het om het beroep in cassatie van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid X B.V. tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 6 oktober 1993. Deze uitspraak betreft een naheffingsaanslag in de omzetbelasting voor het tijdvak van 1 januari 1985 tot en met 31 december 1985. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie beoordeeld, waarbij het griffierecht op 5 mei 1994 is ontvangen, na afloop van de termijn zoals vermeld in artikel 5, lid 5, van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken. De Griffier van de Hoge Raad heeft de belanghebbende in een brief van 28 september 1994 de gelegenheid gegeven om aan te tonen dat het griffierecht tijdig was gestort. De informatie die belanghebbende in haar brief van 20 oktober 1994 heeft verstrekt, werd echter als onvoldoende beoordeeld. Hierdoor werd geconcludeerd dat de belanghebbende niet-ontvankelijk verklaard diende te worden in haar beroep.
De Hoge Raad heeft op 18 januari 1995 uitspraak gedaan en verklaarde de belanghebbende niet-ontvankelijk in haar beroep in cassatie. Dit arrest is gewezen door de raadsheer De Moor als voorzitter, en de raadsheren C.H.M. Jansen en Van der Putt-Lauwers, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier Van Hooff. Tevens is bepaald dat het door belanghebbende betaalde griffierecht door de Griffier van de Hoge Raad aan haar zal worden teruggegeven.