Uitspraak
[X], voorheen [X] , statutair gevestigd te
[Z], tegen de uitspraak van het
Gerechtshof te Amsterdamvan 1 mei 1991 betreffende na te melden door de Inspecteur der vennootschapsbelasting te Amsterdam gegeven beschikking.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 17 februari 1993 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende de vennootschapsbelasting van een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, die in Ierland een onderneming dreef. De belanghebbende, opgericht naar Nederlands recht, had een verlies geleden over het boekjaar van 1 januari 1983 tot en met 31 januari 1984, maar de Inspecteur der vennootschapsbelasting te Amsterdam had het aanloopverlies vastgesteld op nihil. De belanghebbende ging in beroep bij het Gerechtshof te Amsterdam, dat de beschikking van de Inspecteur handhaafde. Hierop volgde een cassatieberoep, waarin de belanghebbende betoogde dat zij als binnenlandse belastingplichtige moest worden aangemerkt en dat de verliezen in Ierland in aanmerking moesten worden genomen voor de vennootschapsbelasting in Nederland.
De Hoge Raad oordeelde dat de bepalingen van het Verdrag tussen Nederland en Ierland ter voorkoming van dubbele belasting bepalend zijn voor de fiscale woonplaats van de belastingplichtige. Aangezien de belanghebbende voor de toepassing van het Verdrag als inwoner van Ierland moest worden aangemerkt, waren de voordelen van de onderneming in Ierland slechts daar belastbaar. De Hoge Raad concludeerde dat de verliezen van de onderneming in Ierland niet in aanmerking konden worden genomen bij de bepaling van de in Nederland genoten winst. Het middel van de belanghebbende werd verworpen, en de Hoge Raad bevestigde de uitspraak van het Gerechtshof.
Deze uitspraak benadrukt de invloed van internationale verdragen op de belastingheffing en de noodzaak voor belastingplichtigen om de fiscale woonplaats correct vast te stellen in overeenstemming met de geldende verdragsbepalingen. De uitspraak heeft belangrijke implicaties voor de toepassing van de vennootschapsbelasting in situaties waarin belastingplichtigen grensoverschrijdende activiteiten ontplooien.