Uitspraak
Eerste Kamer
Nr. 15.007
AS
wonende te [woonplaats] ,
gevestigd te Assen ,
f100,-- per dag.
In het onderhavige geding vordert [eiseres] herstel van dit gebrek. SWA heeft erkend dat zij in beginsel gehouden is tot herstel van gebreken die zich in door haar verhuurde woningen voordoen. In het onderhavige geval acht zij zich daartoe echter niet gehouden. Daartoe heeft zij aangevoerd, voor zover in cassatie van belang, dat het complex woningen waarvan de woning van [eiseres] deel uitmaakt, het niet meer waard is te worden hersteld, omdat daartoe een buitenproportioneel hoog bedrag zou moeten worden besteed, en dat zij daarom heeft besloten de woningen te slopen.
Gelezen in samenhang met hetgeen zij in voormeld tussenvonnis heeft overwogen, heeft de Rechtbank met dit laatste tot uitdrukking gebracht tot welke uitkomst de in haar tussenvonnis aangekondigde belangenafweging heeft geleid, te weten dat de belangen van SWA , zoals de Rechtbank die op grond van de rapporten van deskundigen had vastgesteld, zwaarder wogen dan de in het tussenvonnis gereleveerde belangen van [eiseres] .
Onderdeel 2 gaat in zijn onderscheiden subonderdelen uit van een andere lezing van de bestreden vonnissen, zodat het bij gebreke van feitelijke grondslag niet tot cassatie kan leiden.
Onderdeel 3, dat hierop gerichte klachten behelst, treft derhalve doel.
f3.516,90, op de voet van art. 57b Rv. te voldoen aan de Griffier.
4 juni 1993.