ECLI:NL:HR:1980:AC7058
Hoge Raad
- Cassatie
- A. van der Ven
- W. Wijnholt
- J. de Waard
- H. Hermans
- J. Jeukens
- Rechtspraak.nl
Dood door schuld in het verkeer met meerdere slachtoffers en alcoholgebruik
In deze zaak gaat het om een verkeersongeluk waarbij de verdachte, die goed bekend was met de omgeving, met hoge snelheid een bocht nam en tegen een boom botste. Dit resulteerde in de dood van drie inzittenden van zijn auto. De Hoge Raad behandelt verschillende juridische vragen, waaronder de aanmerkelijke onvoorzichtigheid van de verdachte, de kwalificatie van de feiten als meermalen gepleegd, en de rol van alcoholgebruik in de strafmotivering. De verdachte had voor het ongeval alcohol gedronken, maar het Hof oordeelde dat dit niet bewezen was in de zin van de Wegenverkeerswet. De Hoge Raad bevestigt de uitspraak van het Hof, dat de verdachte schuldig is aan dood door schuld en legt een gevangenisstraf van zes weken op, met een ontzegging van de rijbevoegdheid voor twee jaar. De Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep van de verdachte, omdat de middelen van cassatie niet tot vernietiging van de uitspraak leiden. De uitspraak van het Hof wordt bevestigd, waarbij de Hoge Raad oordeelt dat het Hof terecht heeft geoordeeld dat de verdachte aanmerkelijk onvoorzichtig heeft gereden en dat de strafoplegging in overeenstemming is met de ernst van de feiten.