ECLI:NL:GHSHE:2025:980

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
22 januari 2025
Publicatiedatum
9 april 2025
Zaaknummer
20-001073-24
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen veroordeling voor wederrechtelijk binnendringen in besloten lokaal

In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg, waarbij de verdachte is veroordeeld voor wederrechtelijk binnendringen in een besloten lokaal. De verdachte, geboren in 2000, was in vreemdelingenbewaring en heeft ter terechtzitting verklaard dat hij de persoon op de gelaatsfoto is. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken, waarvan één week voorwaardelijk. Het hof heeft het hoger beroep behandeld en de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die vernietiging van het vonnis en een nieuwe veroordeling heeft gevorderd. De raadsman heeft vrijspraak bepleit, maar het hof heeft geoordeeld dat niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat de verdachte het tenlastegelegde feit onder parketnummer 03-021768-24 heeft begaan. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte niet voldoende op de hoogte was van het toegangsverbod dat hem was opgelegd. Het hof heeft echter wel bewezen verklaard dat de verdachte het feit onder parketnummer 03-016935-24 heeft gepleegd, namelijk wederrechtelijk binnendringen in het besloten lokaal van een bedrijf te Roermond. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van één week, waarbij het hof rekening heeft gehouden met de omstandigheden van de zaak en de persoon van de verdachte.

Uitspraak

Parketnummer : 20-001073-24
Uitspraak : 22 januari 2025
TEGENSPRAAK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof

's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, van 4 april 2024 in de in eerste aanleg gevoegde strafzaken, parketnummers 03-016935-24 en 03-021768-24, tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 2000,
ten aanzien van wie in een Informatiestaat SKDB-persoon d.d. 7 januari 2025 als voornamen en achternaam zijn vermeld:

[verdachte] ,

en die volgens deze SKDB-staat is geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1990,
thans in vreemdelingenbewaring in [detentiecentrum] ,
die naar eigen waarneming van het hof ter terechtzitting van 8 januari 2025 dezelfde gelaatskenmerken vertoont als en zeer sterk gelijkt op de man die is afgebeeld op de onderstaande gelaatsfoto, gemaakt op 5 april 2024 en opgenomen in bovengenoemde informatiestaat SKDB-persoon d.d. 7 januari 2025, waarin tevens is opgenomen een scan d.d. 24 juli 2021 van een vreemdelingen ID-bewijs, gedateerd 10 juni 2021, op naam van [verdachte] , geboren te [geboorteplaats] , op [geboortedag] 2000.
De verdachte heeft ter terechtzitting van 8 januari 2025 verklaard dat hij de persoon de bovenstaande gelaatsfoto is en dat zijn naam [verdachte] is.
Redenen waarom het hof ervan uitgaat dat de ter terechtzitting in hoger beroep verschenen verdachte dezelfde persoon is als de veroordeelde verdachte die hoger beroep heeft ingesteld.
Hoger beroep
De politierechter heeft de verdachte bij vonnis waarvan beroep telkens veroordeeld ter zake van ‘in het besloten lokaal bij een ander in gebruik, wederrechtelijk binnendringen’ (parketnummer 03-016935-24 en parketnummer 03-021768-24) tot een gevangenisstraf voor de duur van 2 weken, waarvan 1 week voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.
Namens de verdachte is tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep zal vernietigen en, opnieuw rechtdoende, het onder parketnummer 03-016935-24 en 03-021768-24 tenlastegelegde bewezen zal verklaren en de verdachte zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 2 weken, waarvan 1 week voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.
De raadsman heeft primair vrijspraak bepleit. Subsidiair is een straftoemetingsverweer gevoerd.
Vonnis waarvan beroep
Het beroepen vonnis zal worden vernietigd reeds omdat de politierechter heeft volstaan met aantekening van de uitspraak op een aan het dubbel van de dagvaarding gehecht stuk, maar het hof gebonden is aan het motiveringsvoorschrift van artikel 359 van het Wetboek van Strafvordering.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
Zaak met parketnummer 03-016935-24:hij op of omstreeks 16 januari 2024 te Roermond, in het besloten lokaal, het terrein van het [bedrijf] gelegen aan [adres] , althans bij een ander of anderen dan bij verdachte in gebruik, wederrechtelijk is binnengedrongen, immers was hem, verdachte, met ingang van 3 oktober 2023 schriftelijk de toegang tot dat terrein ontzegd voor de duur van 1 jaar;
Zaak met parketnummer 03-021768-24:
hij op of omstreeks 20 januari 2024 te Roermond, in het besloten lokaal, het terrein van het [bedrijf] gelegen aan [adres] , althans bij een ander of anderen dan bij verdachte in gebruik, wederrechtelijk is binnengedrongen, immers was hem, verdachte, met ingang van 16 januari 2024 schriftelijk de toegang tot dat terrein ontzegd voor de duur van 1 jaar.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak
Het hof is, anders dan de politierechter en de advocaat-generaal, maar met de verdediging, van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat de verdachte het onder parketnummer 03-021768-24 tenlastegelegde heeft begaan. Het hof overweegt daartoe als volgt.
Uit het dossier volgt dat aan de verdachte op 16 januari 2025 een toegangsverbod is uitgereikt voor het terrein (het gehele winkelgebied, de parkeerterreinen en de toebehorende terreinen en leverancierswegen) van het [bedrijf] te Roermond. Dit verbod liep van 16 januari 2024 tot en met 16 januari 2025.
De vraag is of de verdachte wetenschap van dat toegangsverbod had toen hij op 20 januari 2024 om 17.15 uur op het terrein van het [bedrijf] te Roermond aanwezig was.
Het hof beantwoordt die vraag ontkennend. Uit het dossier volgt dat de verdachte het toegangsverbod heeft ondertekend en in ontvangst heeft genomen, maar ook dat de verdachte daarbij in de Nederlandse taal te woord is gestaan en dat hij in de Nederlandse taal is gewezen op de bijgevoegde Arabische vertaling van het toegangsverbod. Dit terwijl de verdachte de Nederlandse taal niet (voldoende) machtig is.
Op grond van het voorgaande kan het hof niet vaststellen dat de verdachte wist dat hij een toegangsverbod had voor het terrein van het [bedrijf] te Roermond.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 03-016935-24 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 16 januari 2024 te Roermond in het besloten lokaal, het terrein van het [bedrijf] gelegen aan [adres] , wederrechtelijk is binnengedrongen, immers was hem, verdachte, met ingang van 3 oktober 2023 schriftelijk de toegang tot dat terrein ontzegd voor de duur van 1 jaar.
Het hof acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
Bewijsmiddelen
Indien tegen dit verkorte arrest beroep in cassatie wordt ingesteld, worden de door het hof gebruikte bewijsmiddelen die redengevend zijn voor de bewezenverklaring opgenomen in een aanvulling op het arrest. Deze aanvulling wordt dan aan dit arrest gehecht.
Bewijsoverwegingen
De raadsman heeft ter terechtzitting in hoger beroep vrijspraak bepleit van het onder
03-016935-24 tenlastegelegde. Daartoe is aangevoerd dat het voor de verdachte niet duidelijk (genoeg) is geweest dat hij zich niet op het terrein van de [bedrijf] mocht begeven. De verdachte was in de veronderstelling dat hij zich slechts niet in specifieke winkels mocht begeven, hetgeen hij ook niet heeft gedaan.
Het verweer behoeft geen bespreking nu het weerlegging vindt in de bewijsmiddelen.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het in de zaak met parketnummer 03-016935-24 bewezenverklaarde wordt als volgt gekwalificeerd:

In het besloten lokaal bij een ander in gebruik, wederrechtelijk binnendringen.

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluiten. Het feit is strafbaar.
Strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezenverklaarde.
Op te leggen sanctie
De raadsman heeft subsidiair een straftoemetingsverweer gevoerd, in die zin dat de raadsman heeft verzocht bij bewezenverklaring een geheel voorwaardelijke straf dan wel een taakstraf aan de verdachte op te leggen. Daartoe heeft de raadsman aangevoerd dat de verdachte reeds 9 maanden in vreemdelingendetentie verblijft en dat de verdachte met een schone lei wil beginnen nu hij een kind heeft gekregen.
Het hof heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarnaast is gelet op de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komende in de hierop gestelde wettelijke strafmaxima en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Ten laste van de verdachte is bewezenverklaard dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan lokaalvredebreuk, door in weerwil van het toegangsverbod het terrein van het [bedrijf] te betreden. Het hof neemt het de verdachte kwalijk dat hij zich niets heeft aangetrokken van dit verbod dat hem kennelijk is opgelegd naar aanleiding van een eerdere poging tot winkeldiefstal. Ook aan de mate waarin feiten als het bewezenverklaarde overlast teweegbrengt voor het [bedrijf] , heeft de verdachte zich niets gelegen laten liggen.
Het hof heeft bij de straftoemeting gelet op de omstandigheid dat de verdachte, blijkens het hem betreffende uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d. 1 november 2024, reeds eerder onherroepelijk is veroordeeld ter zake van strafbare feiten. Dit zijn echter geen soortgelijke strafbare feiten. Het hof zal hier dan ook niet in strafverzwarende zin rekening mee houden. Voorts heeft het hof gelet op de overige persoonlijke omstandigheden van de verdachte, voor zover daarvan ter terechtzitting in hoger beroep is gebleken.
Naar het oordeel van het hof kan, gelet op de ernst van het bewezenverklaarde, niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming voor de hierna te melden duur met zich brengt.
In het gegeven dat de verdachte al een aantal maanden in vreemdelingendetentie verblijft ziet het hof, anders dan de verdediging heeft aangevoerd, geen aanleiding om aan de verdachte een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf of een taakstraf op te leggen.
Alles afwegende acht het hof een gevangenisstraf voor de duur van 1 week passend en geboden.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De beslissing is gegrond op de artikelen 63 en 138 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze ten tijde van het bewezenverklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van het wijzen van dit arrest rechtens gelden.

BESLISSING

Het hof:
vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
verklaart niet bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 03-021768-24 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 03-016935-24 tenlastegelegde heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart het in de zaak met parketnummer 03-016935-24 bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar;

veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 1 (één) week.

Aldus gewezen door:
mr. A.J.M. van Gink, voorzitter,
mr. A.C. van der Schans en mr. E.F. Stamhuis, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. E.F.G. Truijen, griffier,
en op 22 januari 2025 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Mrs. A.J.M. van Gink, E.F. Stamhuis en E.F.G. Truijen zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.