In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 16 januari 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep over de wijziging van kinderalimentatie. De man, verzoeker in hoger beroep, heeft in eerste aanleg verzocht om wijziging van de door de rechtbank vastgestelde kinderalimentatie. De rechtbank had eerder bepaald dat de man € 50,- per kind per maand moest betalen, maar de man stelde dat zijn financiële situatie was veranderd door een ZW-uitkering die hij sinds 2 mei 2023 ontvangt. De vrouw, verweerster in hoger beroep, betwistte de wijziging en stelde dat de man nog steeds voldoende draagkracht had. Tijdens de mondelinge behandeling in hoger beroep op 26 november 2024 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. Het hof heeft vastgesteld dat de man door zijn ziekte geen verdiencapaciteit heeft en dat zijn inkomensverlies niet voor herstel vatbaar is. Het hof heeft de kinderalimentatie met ingang van 2 mei 2023 vastgesteld op € 50,- per maand, te verdelen over de drie minderjarige kinderen, en heeft de eerdere beschikking van de rechtbank vernietigd. De beslissing houdt rekening met de gewijzigde omstandigheden en de draagkracht van beide ouders. De proceskosten in hoger beroep zijn gecompenseerd, wat betekent dat elke partij zijn eigen kosten draagt.