Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) maanden.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 19 februari 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, van 28 maart 2023. De verdachte was in eerste aanleg vrijgesproken van twee tenlastegelegde feiten, maar werd wel veroordeeld voor diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij hij zich toegang tot de plaats van het misdrijf had verschaft door middel van braak. De rechtbank legde een gevangenisstraf van 12 weken op, met aftrek van voorarrest, en verklaarde de benadeelde partijen niet-ontvankelijk in hun vorderingen tot schadevergoeding.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis. In hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof het vonnis bevestigt, maar met een zwaardere straf. De verdediging heeft vrijspraak bepleit, maar in het geval van een bewezenverklaring verzocht om matiging van de straf. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte in eerste aanleg integraal vrijgesproken was van twee feiten, en dat het hoger beroep niet ontvankelijk was voor deze vrijspraak. Het hof heeft zich vervolgens geconcentreerd op de zaak met parketnummer 03-700184-18.
Het hof heeft de bewijsmiddelen aangevuld en geconcludeerd dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de inbraak. De verdachte heeft een strafblad en is eerder veroordeeld voor soortgelijke feiten. Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op 5 maanden, maar heeft deze vanwege een overschrijding van de redelijke termijn voor berechting gematigd tot 4 maanden. Het hof heeft de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep voor de vrijspraak van de andere feiten en het vonnis voor het overige bevestigd.