ECLI:NL:GHSHE:2025:1644
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging vonnis wegens roekeloosheid met dodelijk ongeval onder Wegenverkeerswet
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 16 juni 2025 het vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant bevestigd. De verdachte was eerder veroordeeld voor het overtreden van artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994, waarbij hij roekeloosheid vertoonde en een ander dodelijk verwondde. De rechtbank had de verdachte een gevangenisstraf van 10 maanden opgelegd, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar, en een rijontzegging van 3 jaar. De benadeelde partij had een vordering ingediend voor schadevergoeding, die door de rechtbank was toegewezen. In hoger beroep heeft de verdediging vrijspraak bepleit, maar het hof heeft dit verweer verworpen. Het hof oordeelde dat het rijgedrag van de verdachte niet te verenigen was met het in slaap vallen achter het stuur, en dat de getuigenverklaringen de schuld van de verdachte bevestigden. De verdediging voerde aan dat de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals zijn jonge leeftijd en blanco strafblad, aanleiding moesten geven tot een lichtere straf, maar ook dit verweer werd verworpen. Het hof bevestigde de eerdere uitspraak en wees de vordering van de benadeelde partij toe, inclusief wettelijke rente en proceskosten.