Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[betrokkene] ,
- het hof wordt verzocht om het door de rechtbank vastgestelde wederrechtelijk verkregen voordeel ten bedrage van € 167.394,00 te bevestigen;
- het hof wordt verzocht de betalingsverplichting in de ontnemingszaak te verminderen met het reeds door de betrokkene aan de woningstichting betaalde bedrag van
- het hof wordt verzocht om in het arrest expliciet op te nemen dat de door de betrokkene uit hoofde van de civiele betalingsverplichting aan de stichting voldane bedragen tegen behoorlijk bewijs van kwijting in de executiefase kunnen worden afgetrokken van het te betalen ontnemingsbedrag. Hierbij zij opgemerkt dat, mocht de betrokkene zijn betalingsverplichting in de ontnemingszaak in de toekomst verminderd wensen te zien omdat hij reeds betalingen heeft verricht aan de woningstichting in het kader van de civiele betalingsverplichting (zaaknummer [nummer] ), hij zich zal moeten wenden tot de rechter middels een verzoek ex artikel 6:6:26 van het Wetboek van Strafvordering. Hierbij wordt opgemerkt dat sprake is van een overlap tussen de posten in de civiele zaak en de ontnemingszaak ten bedrage van € 80.965,88;
- het hof wordt verzocht om in het arrest tevens expliciet op te nemen dat er sprake is van een causaal verband tussen de schade van de woningstichting en de op te leggen ontnemingsmaatregel. Een schema met daarin de overlappende posten is bij het afdoeningvoorstel gevoegd, te weten het schema zoals weergegeven in de hierna volgende tabel.
BESLISSING
€ 117.394,00 (honderdzeventienduizend driehonderdvierennegentig euro).