Uitspraak
GERECHTSHOF ‘S-HERTOGENBOSCH
hierna te noemen: de curator.
hierna te noemen: de moeder,
hierna te noemen: de vader,
hierna te noemen: de jongste broer.
1.Het geding in eerste aanleg
- de betrokkene, bijgestaan door mr. Scholte;
- de curator, in de persoon van [de curator] .
- de moeder;
- de vader;
- de oudste broer;
- de jongste broer.
- het V6-formulier d.d. 1 december 2023, ontvangen op 4 december 2023, met bijlagen, van de zijde van de betrokkene;
- het e-mailbericht d.d. 12 januari 2024 van de advocaat van de betrokkene;
- het e-mailbericht d.d. 15 januari 2024 van de curator.
3.De feiten
4.De omvang van het hoger beroep
5.De beoordeling
De zorgen die er zijn over de betrokkene en over haar partner zijn onterecht. Er is in deze relatie sinds zes maanden geen sprake meer van (fysiek) geweld. Betrokkene betwist voorts de mate van het gestelde geweld. Zo is de betrokkene niet in een tram door haar partner mishandeld en haar partner heeft haar niet met een riem of voorwerp geslagen maar met de vlakke hand. De betrokkene heeft een kinderwens, maar zij weet ook dat deze wens niet realistisch is. De betrokkene is 44 jaar oud en haalt in overleg met hulpverlening trouw een prikpil ter voorkoming van een zwangerschap. De betrokkene heeft geen schulden, maar wel spaargeld. De partner van de betrokkene is niet op haar geld uit. Slechts met toestemming van betrokkene kon haar partner over haar geld beschikken. De partner van de betrokkene is zelfstandig ondernemer en financieel onafhankelijk van haar. Betrokkene is niet van plan om met haar partner een onderneming te starten.
Er is geen sprake van een slechte verstandhouding tussen de curator en de betrokkene. De curator ziet dan ook geen reden om een andere curator aan te wijzen, maar als de betrokkene graag op zoek gaat naar een andere curator dan is dat aan haar.
Voorts is van belang dat tijdens de mondelinge behandeling in hoger beroep de broers van de betrokkene hun zorgen over hun zus met het hof hebben gedeeld, welke zorgen met name zien op de relatie tussen hun zus en haar huidige partner, haar veiligheid in deze relatie en de vrees dat hun zus op verzoek van haar partner op haar kosten een bedrijf start en naar het buitenland zal verhuizen.