Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
[naam verdachte]
BESCHIKKENDE IN HOGER BEROEP:
[datum], met bevel tot oproeping van verdachte tegen die datum en dat tijdstip en met tijdige kennisgeving daarvan aan de raadsman van verdachte.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 5 januari 2024 een beschikking gegeven in hoger beroep tegen de afwijzing van een verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis van de verdachte. De behandeling van het hoger beroep was gepland op 4 januari 2024, maar de raadsman heeft op 3 januari 2024 per e-mail aanvullende stukken ingediend, die door hem van belang werden geacht voor de behandeling. Deze stukken, met een omvang van 90 pagina's, zijn echter niet tijdig ontvangen door het hof, waardoor het hof en de advocaat-generaal geen kennis konden nemen van de inhoud voorafgaand aan de zitting. Dit leidde ertoe dat het hof de behandeling van de zaak heeft moeten aanhouden, aangezien het indienen van omvangrijke stukken op het laatste moment niet past binnen de beperkte tijd die voor de behandeling in de raadkamer is gereserveerd. Het hof heeft bepaald dat het onderzoek in raadkamer zal worden hervat op een later te bepalen datum, met bevel tot oproeping van de verdachte en tijdige kennisgeving aan de raadsman. De advocaat-generaal is op de hoogte gesteld van deze beschikking.