Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
- ‘mishandeling’ (feit 1) en
- ‘onvoldoende zorg dragen voor een onder zijn hoede staand gevaarlijk dier’ (feit 2 subsidiair),
hij op of omstreeks 23 oktober 2022 te Roosendaal [aangever] heeft mishandeld door die [aangever] meermalen, althans eenmaal, met kracht met gebalde vuist en/of met de vlakke hand op/tegen diens mond en/of tanden en/of gezicht en/of hoofd en/of lichaam te slaan en/of te stompen en/of te stoten;
hij op of omstreeks 23 oktober 2022 te Roosendaal een dier, te weten een hond (Mechelse herder, genaamd [hond] ) op een mens, te weten [aangever] , heeft aangehitst, immers heeft hij, verdachte, naar die hond geschreeuwd en/of geroepen ‘vast!’, althans woorden van gelijke aard of strekking;
Het proces-verbaal van aangifte d.d. 23 oktober 2022, dossierpagina 24, voor zover inhoudende de verklaring van aangever [aangever] :
Het proces-verbaal van aanvullend verhoor aangever met foto’s d.d. 23 oktober 2022, dossierpagina’s 26-31, voor zover inhoudende de verklaring van aangever [aangever] :
(het hof begrijpt: in de nacht van 23 oktober 2022)kwam ik [verdachte] tegen op straat. Ik zag en voelde dat de hond van [verdachte] mij in mijn arm, been en zelfs in mijn hoofd beet.
Het geschrift, te weten de medische verklaring van huisartsenpraktijk [huisarts] betreffende [aangever] d.d. 23 oktober 2022, dossierpagina 53 en 54, voor zover inhoudende:
(hof begrijpt: door)hond.
Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 23 oktober 2022, dossierpagina 36, voor zover inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 1] :
De eigen waarneming van het hof van de foto die als bijlage bij het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 2] van 24 oktober 2022 is gevoegd, dossierpagina 44, inhoudende:
Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 23 oktober 2022, dossierpagina 45-47, voor zover inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] :
De verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep d.d. 22 januari 2024, voor zover inhoudende:
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
40 (veertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
20 (twintig) dagen hechtenis;
veroordeelt de verdachte tot hechtenis voor de duur van 2 (twee) weken;
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;
€ 189,90 (honderdnegentachtig euro en negentig cent)als vergoeding van materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 23 oktober 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
€ 189,90 (honderdnegentachtig euro en negentig cent), bestaande uit materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 23 oktober 2022 tot aan de dag der voldoening, en bepaalt dat gijzeling voor de duur van ten hoogste 3 (drie) dagen kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft;