Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Gemeente Breda,
[geïntimeerde sub 2] ,
1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer C/02/412440 / KG ZA 23-380)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep met grieven;
- de memorie van antwoord van de Gemeente met producties;
- de memorie van antwoord van [geïntimeerde sub 2] met producties;
- de mondelinge behandeling, waarbij partijen spreekaantekeningen hebben overgelegd;
- de op 16 januari 2024 ingekomen akte houdende aanvullende productie van Rokade, die bij de mondelinge behandeling aan de gedingstukken is toegevoegd.
3.De beoordeling
als de Kringlooplocatie ontwikkeld worden. De Kringlooplocatie is op het noordwestelijke deel - waar het grenst aan de Incom-locatie - echter slechts 8 meter diep. Het is daarom onwaarschijnlijk dat bij solitaire ontwikkeling van de Kringlooplocatie de rooilijnen van de overige bebouwing ook gevolgd zouden kunnen worden. Door de Kringlooplocatie bij de integrale ontwikkeling te betrekking zou daar in ieder geval meer zekerheid over worden verkregen. Door ook de locatie van Huize Raffy bij de ontwikkeling te betrekken ontstaat een nog grotere plot, wat veel meer mogelijkheden biedt voor de bebouwing en indeling daarvan.
La Scala(HvJ 12 juli 2001, ECLI:EU:C:2001:401) en
Auroux(HvJ 18 januari 2007, ECLI:EU:C:2007:31) af dat de Gemeente voor de verkoop van het Incom-perceel geen aanbestedingsprocedure hoeft te volgen indien zij zich bij die verkoop (afgezien van het bedingen van een koopsom) beperkt tot het stellen van eisen die zij uit hoofde van haar publiekrechtelijke bevoegdheden mag stellen. Dit zou anders zijn indien de Gemeente uit hoofde van de koopovereenkomst naast een aanspraak op betaling van de koopsom ook recht zou krijgen op levering van de eigendom van door [geïntimeerde sub 2] te realiseren bouwwerken of een gebruiksrecht daarop, en ook wanneer zij zich verplicht om aan de bouw mee te betalen of anderszins economische risico’s aan te gaan en ook wanneer zij daarbij van [geïntimeerde sub 2] een bouwplicht bedingt. Voorshands is niet gebleken dat een of meer van die gevallen zich hier voordoet. In de considerans van de anterieure overeenkomst is namelijk vermeld dat [geïntimeerde sub 2] volledig onder eigen verantwoordelijkheid en voor eigen rekening en risico het project zal realiseren. De verplichtingen van [geïntimeerde sub 2] in het kader van die realisatie zijn nader uitgewerkt in artikel 3, lid 2 onder I. Uit artikel 6 volgt dat de Gemeente haar publiekrechtelijke bevoegdheden zal benutten ten behoeve van de aanpassing van het bestemmingsplan. Andere dan louter publiekrechtelijke bevoegdheden zijn in artikel 6 niet te lezen. De eisen aan het bouwplan (artikel 7) en de woningcategorisering (artikel 8) vloeien voort uit de publiekrechtelijke taken en bevoegdheden van de Gemeente en de daarbij behorende beleidsvrijheid. Een bedongen bouwplicht is in de bepalingen van de overeenkomst niet te lezen. De buitenruimte (de semi openbare binnenhof, artikel 10) wordt door [geïntimeerde sub 2] gerealiseerd waarna deze eigendom van de bewoners wordt. In artikel 3, lid 2 onder IIb is vermeld dat de Gemeente borgt dat het Oude Vest riool wordt beschermd en uit artikel 11 volgt dat [geïntimeerde sub 2] volledig voor haar rekening en risico dat riool zal beschermen. Uit artikel 13 volgt dat [geïntimeerde sub 2] voor eigen rekening en risico zal zorgen voor de aansluiting van de diverse voorzieningen c.a. in het project op de openbare ruimte van de Gemeente. Uit geen van de door Rokade genoemde onderdelen van de anterieure overeenkomst blijkt dat de Gemeente over (een deel van) het te realiseren project de beschikking zal krijgen of enig economisch voordeel zal behalen uit het gebruik ervan. Evenmin blijkt daaruit dat de rol van de Gemeente naast de verkoop van de gronden in het kader van de overeenkomst met [geïntimeerde sub 2] uit meer bestaat dan hetgeen volgt uit de haar toekomende publiekrechtelijke bevoegdheden in het kader van ruimtelijke ordening. Dat de gemeente de grond voor een lagere dan marktconforme prijs heeft verkocht is gemotiveerd betwist. De Gemeente heeft toegelicht dat de uitgifteprijs is gebaseerd op een taxatierapport dat in opdracht van de Gemeente is opgesteld door Colliers Valuations B.V., waarbij de marktwaarde van de door de Gemeente uit te geven gronden is bepaald. De enkele suggestie van Rokade dat de Gemeente en [geïntimeerde sub 2] in de koopovereenkomst afspraken zouden kunnen maken die afwijken van de overgelegde anterieure overeenkomst, is voor het hof onvoldoende om hieraan voorshands te twijfelen.