ECLI:NL:GHSHE:2024:4274

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
12 november 2024
Publicatiedatum
22 januari 2025
Zaaknummer
20-001319-23
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplichtigheid aan poging tot afpersing met geweld in vereniging

In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 12 november 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De verdachte is beschuldigd van medeplichtigheid aan een poging tot afpersing in vereniging, gepleegd op 2 juni 2021 te Tilburg. De rechtbank had de verdachte eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van 7 maanden, maar het hof heeft deze uitspraak vernietigd en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. De zaak kwam aan het licht na een aangifte van het slachtoffer, die op gewelddadige wijze werd gedwongen om een geldbedrag van € 60.000 te betalen. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte opzettelijk behulpzaam is geweest bij het plegen van deze afpersing, waarbij geweld en bedreiging met geweld zijn gebruikt. De verdachte heeft de uitvoering van het misdrijf gefaciliteerd door woningen beschikbaar te stellen en het slachtoffer naar deze locaties te lokken. Het hof heeft de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd in overweging genomen bij het bepalen van de straf.

Uitspraak

Parketnummer : 20-001319-23
Uitspraak : 12 november 2024
TEGENSPRAAK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof

's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Breda, van 26 april 2023, in de strafzaak met parketnummer 02-052105-22 tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag 1] 1991,
wonende te [adres 1] .
Hoger beroep
Bij vonnis waarvan beroep heeft de rechtbank het aan de verdachte primair tenlastegelegde bewezenverklaard, dat gekwalificeerd als ‘medeplichtigheid aan een poging tot afpersing in vereniging gepleegd’, de verdachte deswege strafbaar verklaard en hem veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 7 maanden, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. De rechtbank heeft tevens van drie voorwerpen de teruggave gelast.
Namens de verdachte is tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep en in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep zal bevestigen, met uitzondering van de straf en de verdachte - in zoverre opnieuw rechtdoende - zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.
De raadsvrouw van de verdachte heeft een straftoemetingsverweer gevoerd.
Vonnis waarvan beroep
Het beroepen vonnis zal worden vernietigd omdat het hof tot een andere bewezenverklaring komt dan de rechtbank.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
primairéén of meer onbekend gebleven personen op of omstreeks 2 juni 2021 te Tilburg, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door die één of meer onbekend gebleven personen voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag van € 60.000,00, in elk geval enig geldbedrag, dat/die geheel of ten dele aan die [slachtoffer] , en/of een derde toebehoorde(n), welk geweld en/of welke bedreiging(en) met geweld hierin bestond(en) door één- of meermalen
- die [slachtoffer] in het gezicht en/of op het hoofd en/of tegen het lichaam te slaan/stompen en/of
- die [slachtoffer] in/bij zijn hals en/of nek vast te pakken en/of
- die [slachtoffer] een pistool in zijn mond en/of tegen zijn hoofd te zetten en/of
- een boormachine op het been van die [slachtoffer] te laten draaien en/of
- een zak over het hoofd van die [slachtoffer] te trekken en/of
- daarbij die [slachtoffer] de woorden toe te voegen: ‘we gaan je vermoorden’, althans (telkens) woorden van gelijke (dreigende) aard of strekking,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 2 juni 2021 te Tilburg, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door
- één of meerdere woning(en), gelegen aan het/de adres(sen) [adres 2] en/of [adres 3] beschikbaar te stellen en/of
- die [slachtoffer] naar die woning(en) toe te (laten) lokken en/of toe te (laten) brengen, waar vervolgens voornoemde handeling(en) plaats hebben gevonden,
subsidiairéén of meer onbekend gebleven personen op of omstreeks 2 juni 2021 te Tilburg, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen [slachtoffer] heeft/hebben mishandeld door
- die [slachtoffer] in het gezicht en/of op het hoofd en/of tegen het lichaam te slaan/stompen en/of
- die [slachtoffer] in/bij zijn hals en/of nek vast te pakken en/of
- die [slachtoffer] een pistool in zijn mond en/of tegen zijn hoofd te zetten en/of
- een boormachine op het been van die [slachtoffer] te laten draaien en/of
- een zak over het hoofd van die [slachtoffer] te trekken,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 2 juni 2021 te Tilburg opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door
- één of meerdere woning(en), gelegen aan het/de adres(sen) [adres 2] en/of [adres 3] beschikbaar te stellen en/of
- die [slachtoffer] naar die woning(en) toe te (laten) lokken en/of toe te (laten) brengen, waar vervolgens voornoemde handeling(en) plaats hebben gevonden.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het primair tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
primaironbekend gebleven personen op 2 juni 2021 te Tilburg, tezamen en in vereniging met anderen, ter uitvoering van het door die onbekend gebleven personen voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [slachtoffer] te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag van € 60.000,00, dat geheel of ten dele aan die [slachtoffer] en/of een derde toebehoorde, welk geweld en/of welke bedreigingen met geweld hierin bestonden door
- die [slachtoffer] in het gezicht en op het hoofd en tegen het lichaam te slaan/stompen en/of
- die [slachtoffer] bij zijn nek vast te pakken en/of
- die [slachtoffer] een pistool in zijn mond en tegen zijn hoofd te zetten en/of
- een boormachine op het been van die [slachtoffer] te laten draaien en/of
- een zak over het hoofd van die [slachtoffer] te trekken en/of
- daarbij die [slachtoffer] de woorden toe te voegen: ‘we gaan je vermoorden’ althans woorden van gelijke (dreigende) aard of strekking,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid,
bij en tot het plegen van welk misdrijf verdachte op 2 juni 2021 te Tilburg, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid heeft verschaft door:
- woningen gelegen aan de adressen [adres 2] en [adres 3] beschikbaar te stellen en
- die [slachtoffer] naar die woningen toe te (laten) lokken en/of toe te (laten) brengen, waar vervolgens voornoemde handelingen plaats hebben gevonden.
Het hof acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
Bewijsmiddelen
Tenzij anders vermeld wordt hierna verwezen naar pagina’s van het dossier van de politie-eenheid Zeeland-West-Brabant, districtsrecherche Hart van Brabant, registratienummer 2021139900/ZB4R021047, gesloten d.d. 22 november 2021, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] , hoofdagent van politie (doorgenummerde pagina’s 1 tot en met 516). Alle tot het bewijs gebezigde processen-verbaal zijn, voor zover niet anders vermeld, in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde verbalisanten en alle verklaringen zijn, voor zover nodig, zakelijk weergegeven.
1.
Een proces-verbaal van verhoor aangever d.d. 3 juni 2021 (dossierpagina’s 24-36, voor zover inhoudende als verklaring van [slachtoffer] :
Die [medeverdachte 1] (
het hof begrijpt: [medeverdachte 1]) belde mij (
het hof begrijpt: op 2 juni 2021). Ik was op het terras (
het hof begrijpt: in Tilburg). (…) [medeverdachte 1] belde mij. Hij vroeg: ‘Kun je komen? dan gaan we chillen’ (…). Hij is mij op komen halen bij die chicken dinges. Ik stapte bij hem in de auto (…). [medeverdachte 1] zei dat we naar een woning zouden rijden (…). Ik was ineens in de straat waar ik naar boven ben gegaan (…). Ik kwam bij een vrouw binnen (…). Even later kwamen er 4 Tsjetsjeense mannen. [medeverdachte 1] heb ik niet meer gezien. Ze hebben mij gekeeld. Om mijn nek. Ze hebben mij overal klappen gegeven. Over mijn hele lichaam. Ik ben op de bank gaan zitten, ik vroeg wat het probleem was. Ze wilden 60.000 euro (…). Ik werd naar het balkon gebracht en ze wilden mij naar beneden gooien (…). Die [medeverdachte 2]
(het hof begrijpt: de verdachte)zei dit is geen goede plek, wij gingen naar beneden (…). Ik ben daar naar binnen gelopen. Ze hebben mij weer geslagen. Hun zeiden nu ga jij je vader bellen en er moest 60.000 euro komen (…). Die ander had een pistool met demper. De andere had een normaal pistool. Ze hebben mij naar de badkamer gebracht en hebben witte lakens op de grond gelegd. Ze haalden een boormachine. Ze wilden mij overal gaten boren. Zak over mijn hoofd, gemarteld. (…) Ze hebben een pistool in mijn mond gedaan. Ze haalden ook steeds de trekker over maar het pistool ging niet af. Ze deden een kogel schoon maken, en (
het hof begrijpt: plaatste de kogel) in het pistool. (…)
[medeverdachte 1] parkeerde op de parkeerplaats. Wij liepen naar de centrale hal en gingen naar de derde verdieping toe met de lift. Dat vrouwtje kwam naar beneden en die heeft ons naar boven gebracht. Van haar was het huis op de derde verdieping. (…) Ineens komen er vier Tsjetsjenen naar binnen gestormd, die vielen mij aan. (…) Een kwam direct naar mij toe en sloeg mij meteen met de vuist in mijn gezicht. Ook op mijn lip. (…) [medeverdachte 2] was ineens in de woonkamer. (…) Een Tsjetsjeen zei: I am not speak to much, I kill you. [medeverdachte 2] zei in het Engels: Dit is geen goede plek. We brengen hem naar mijn huis. Er liepen twee mannen voor mij en twee mannen achter mij. (…) We zijn bij [medeverdachte 2] naar binnen gelopen (…) Ik ben toen weer geslagen. In de woonkamer. Twee, twee en een half uur. Ik ben hierna naar de badkamer gebracht, witte lakens op de grond. Er is een stoel in de badkamer gezet. Ik moest daar op gaan zitten en toen hebben ze mij vastgebonden.(…)
De vader van [medeverdachte 2] deed meteen de deur open toen wij aan kwamen lopen. Toen ik naar binnen liep moest ik op de bank gaan zitten en kreeg ik een mes op mijn keel (…)
In de badkamer hadden ze een boormachine in een stopcontact. [medeverdachte 2] keek naar mij. Ze wilden in mijn bovenbeen boren. (…) Hij heeft de boormachine aangezet en kwam er draaiend mee op mij af.(…) Ze trokken een kleine vuilniszak over mijn hoofd en knepen dan de zak dicht bij mijn keel. (…) Een van de Tsjetsjenen zei dat hij zijn vliegtuig had gemist en zei: I’m kill you. I missed my flight.
2.
Een proces-verbaal van verhoor aangever d.d. 6 juni 2021 (dossierpagina’s 40-54) voor zover inhoudende als verklaring van [slachtoffer] :
[medeverdachte 2] sprak in het Engels met de Tsjetsjenen. De moeder sprak tegen de Tsjetsjenen in het Tsjetsjeens. (…) Ze fungeerde als tolk. Ze tolkte van wat [medeverdachte 2] zei naar het Tsjetsjeens. (…) Ze was de hele tijd op mij aan het letten toen ik in de badkamer was, ze bewaakte mij. Die oude man ook. Die vader lette ook op mij. (…) Zijn rol was bewaker. De blonde Tsjetsjeen heeft een pistool op mijn hoofd gezet.
3.
Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 juni 2021 (dossierpagina’s 59-60), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 2] :
Op donderdag 3 juni 2021, om 09:30 uur, werd van slachtoffer [slachtoffer] , geboren op [geboortedag 2] 1988, aangifte opgenomen van diefstal, diefstal met geweld, gijzeling en zware
mishandeling. (…) Door mij werden van het letsel van slachtoffer [slachtoffer] foto's gemaakt. (…) Op de foto's is het volgende zien:
(…)
Foto 2: Hier is de broek van het slachtoffer te zien. De broek is bebloed.
Foto 3: Hier is het gezicht van het slachtoffer te zien. Er zijn verdikkingen te zien rond zijn linkeroog en zijn neus. Tevens zijn er rode en blauwe verkleuringen te zien rond zijn linkeroog en zijn neus.
Foto 4: Hier is te zien dat het slachtoffer zijn linker voortand mist.
Foto 5: Hier is te zien dat het slachtoffer een verdikte en bebloede onderlip heeft.
Foto 6: Hier is te zien dat het slachtoffer een kleine verwonding heeft aan zijn linker pols.
Foto 7: Hier is te zien dat het slachtoffer een rode verkleuring heeft achter zijn linker oor.
Foto 8: Hier is te zien dat het slachtoffer een bult/verdikking heeft op zijn achterhoofd.
Foto 9: Hier is te zien dat het slachtoffer rode verkleuringen en striemen heeft achter zijn rechteroor.
Foto 10: Hier is het overhemd van het slachtoffer te zien. Het overhemd is bebloed.
Foto 11: Hier is te zien dat het slachtoffer een schaafwond en rode verkleuring heeft op zijn
linkerschouder.
Foto 12: Hier is te zien dat het slachtoffer een kleine rode striem en kleine rode verkleuringen heeft op zijn borst.
4.
Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 23 juni 2021 (dossierpagina’s 183-191), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 3] :
Op 3 juni 2021 was ik belast met het doorzoeken van de telefoon die in beslag was genomen bij verdachte [verdachte] . De telefoon betrof een Apple Iphone XS. In deze telefoon werd gebruik gemaakt van een telefoonnummer: [telefoonnummer 1] . In de telefoon werd gebruik gemaakt van het volgende emailadres: [e-mailadres] . De naam van het toestel was: [medeverdachte 2] 's Iphone.
(…)
Het slachtoffer gaf aan dat hij op 2 juni 2021 omstreeks 16:00 uur is opgehaald in de stad en dat hij daarna gegijzeld werd. De gesprekken hieronder vinden allemaal plaats in de periode van de gijzeling. (…)
1. Gesprek 1
[telefoonnummer 2] [medeverdachte 3]
[telefoonnummer 1] [verdachte] (owner)
2 juni 2021
16:05:32 [verdachte] : Hey Buuf
16:24:08 [verdachte] : Geef mij signaal
16:24:13 [verdachte] : Als ze bij jou binnen zijn
16:24:18 [verdachte] : Dan kom ik naar boven
16:24:26 [verdachte] : Zorg dat deur op kiertje staat
(…)
19:51:01 [medeverdachte 3] : Hee buur ben je er
19:51:21 [verdachte] : App je zo
19:51:23 [verdachte] : Bijna
19:51:32 [medeverdachte 3] : Oke
20:12:48 [verdachte] : Kom
20:12:49 [verdachte] : Maar
20:12:51 [verdachte] : Voordeur
20:12:52 [verdachte] : Buuf
20:13:10 [medeverdachte 3] : Ik kom
20:26:22 [verdachte] : Al geregeld
(…)
Gesprek 2:
[telefoonnummer 3] [medeverdachte 4] Go hard or go home
[telefoonnummer 1] [verdachte] (owner)
(…)
02-06-2021
13:33:09 [verdachte] : Hey maat
13:33:39 [verdachte] : Kun je komen
13:33:43 [verdachte] : Bij mij?
13:41:07 [medeverdachte 4] : [slachtoffer] (stuurt een contactpersoon door)
Opmerking verbalisant [verbalisant 3] : [medeverdachte 4] stuurt contactgegevens door van [slachtoffer] met telefoonnummer [telefoonnummer 4] .
15:48:44 [verdachte] : Top
15:48:52 [medeverdachte 4] : En nu
15:48:57 [verdachte] : App je zo wanneer je kunt komen
15:49:16 [verdachte] : Ga even rijden praten chillen en zeg dat de klant zo belt
15:49:20 [verdachte] : Dat je kunt komen kijken
15:50:14 [medeverdachte 4] : Oke
15:59:37 [medeverdachte 4] : ???
16:00:36 [medeverdachte 4] : Ga geen uur wachten
16:02:13 [verdachte] : Bel mij
16:02:16 [verdachte] : Als je kunt
16:02:06 [verdachte] : App mij als je er bent dan komt zij maar beneden
16:13:03 [medeverdachte 4] : Ben zo daar app ik je
16:13:11 [verdachte] : ledereen paraat
16:13:13 [verdachte] : Oke tot zo
16:20:03 [medeverdachte 4] : Ben er
16:20: l4 [verdachte] : Ok ik laat buuf naar beneden komen
16:20:50 [verdachte] : Ze komt naar beneden
16:21:01 [verdachte] : Zie jullie beide zo boven
16:21:32 [medeverdachte 4] : Oke
16:21:35 [medeverdachte 4] : Kom nu
16:21:41 [verdachte] : Nee ga naar boven
16:21:43 [verdachte] : Met buuf
16:21:46 [medeverdachte 4] : Kom
16:21:49 [verdachte] : Ze haalt jullie op
16:21:52 [verdachte] : Ga daar naar toe
16:21:56 [verdachte] : Ik kom
16:22:45 [verdachte] : Zeg tegen hem dat de aanbieder er aan komt als je daar binnen bent
16:22:52 [verdachte] : Stuur mij duimpje als je binnen zit
18:16:41 [medeverdachte 4] : Yo
De identiteit van de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 3] betrof [medeverdachte 1] , [adres 4] . Dit naar aanleiding van een appje waarin hij zegt: "Bro dit is nieuwe nummer [medeverdachte 1] beur man haha" en een bekeuring die verzonden wordt met daarop zijn persoonsgegevens.
(…)
Gesprek 3:
[telefoonnummer 5] [medeverdachte 5]
[telefoonnummer 1] [verdachte] (owner)
(…)
2 juni 2021
12:49:17 [verdachte] : Hey ment
12:49:21 [verdachte] : Whatsupp
16:42:06 [medeverdachte 5] : And?
16:42:36 [verdachte] : Stuurt foto
16:42:39 [verdachte] : Look
16:42:41 [verdachte] : Im sweet
16:42:42 [verdachte] : And busy
16:43:10 [medeverdachte 5] : Can help you bro
16:43:14 [medeverdachte 5] : That's my profession
16:43:18 [medeverdachte 5] : I bring tool box
16:43:20 [medeverdachte 5] : Bro
16:43:30 [medeverdachte 5] : I cut him in to pieces
(…)
19:12:02 [verdachte] : Bro
19:12:15 [verdachte] : Im going to collect soon
19:12:24 [verdachte] : Wait when i’m finished please
(...)
19:12:37 [verdachte] : And we talk good business
19:12:56 [verdachte] : You'll see soon
(...)
19:13:06 [verdachte] : 60 he will pay
(…)
[telefoonnummer 6] (unknown Caller)
[telefoonnummer 1] [medeverdachte 6] (owner)
2 juni 2021
(...)
20:43:03 [medeverdachte 6] : Stuurt afbeelding
20:43:03 [medeverdachte 6] : Als je geluk heb
20:43:03 [medeverdachte 6] : Zijn we vanavond klaar
5.
Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 5 juli 2021 (dossierpagina’s 192-196), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 3] :
Tijdens het uitlezen van de telefoon van verdachte [verdachte] trof ik een foto aan, die hij tijdens de gijzeling, naar twee personen toe stuurde. Hij stuurde deze foto naar " [medeverdachte 5] " en " [medeverdachte 6] ".
(…)
Ik, verbalisant [verbalisant 3] , herkende de broek en de schoenen uit het rode vlak als de broek en schoenen die aangever [slachtoffer] droeg tijdens de aangifte. (…) Verder is verdachte [medeverdachte 7] verhoord en gaf zij toe dat de foto was genomen in haar woning aan [adres 2] . (…) De schoenen (
het hof begrijpt: die op de hiervoor bedoelde foto te zien zijn) kwamen overeen met de schoenen die verdachte [verdachte] droeg (
het hof begrijpt: ten tijde van de aanhouding op 3 juni 2021).
6.
De eigen waarneming van het hof van de foto aangeduid als foto 1 op dossierpagina 193:
Het hof neemt op de foto de benen van een zittende persoon met een witte broek waar (
het hof begrijpt in samenhang met bewijsmiddel 5: aangever [slachtoffer]). Op deze witte broek zijn rode vlekken en rode spetters te zien (
het hof begrijpt: bloed). Op de vloer met een hout structuur is rond de rechter schoen van de zittende persoon met de witte broek een rode vlek te zien en verder zijn op de vloer meerdere rode spetters zichtbaar (
het hof begrijpt: bloed).
7.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 28 juni 2021 (dossierpagina’s 246-260), voor zover inhoudende als verklaring van [medeverdachte 7] :
V: Je woont aan [adres 2] . Hoe lang woon je daar al?
A: Al bijna 3 of 4 jaar.
(…)
Ik ken de bewoners van [adres 3] . De bewoners zijn [getuige 3] en zijn vriendin en hun zoon [verdachte] . (…) Ze noemen mij buuf.
(…)
A: [verdachte] is bij mij geweest die dag (
het hof begrijpt: op 2 juni 2021).
A: Hij kwam bij mij binnen. Hij wilde met iemand bij mij langs komen om zaken te bespreken. Rond 17.00 uur, 17.30 uur heb ik gezegd dat ze moesten vertrekken. Ze kwamen bij mij thuis tussen 16.00 en 17.00 uur.
(…)
V: Hoe zijn zij binnen gekomen?
A: Via de voordeur, Ik heb open gedaan. Ze zijn zelf naar boven gelopen. Ze zijn in de woonkamer gaan zitten.
V: Belden zij aan?
A: ja.
V: Wat zag je?
A: [verdachte] met een jongen.
8.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte (dossierpagina’s 271-279), voor zover inhoudende als verklaring van [medeverdachte 7] :
A: Het is zo begonnen. [verdachte] (
het hof begrijpt verdachte [verdachte]) vroeg aan mij om zaken te doen. (…) Ik wist alleen maar dat hij zaken kwam bespreken. (…) Ik moest de deur op een kier zitten voor [verdachte] . [verdachte] kwam toen met twee jongens. (…) De mannen belden beneden aan. Ik deed de deur vanaf boven open.
9.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 28 juni 2021 (dossierpagina’s 263-269), voor zover inhoudende als verklaring van [getuige 1] , wonende aan [adres 2] :
[verdachte] is die dag
(het hof begrijpt: 2 juni 2021)hier geweest. [verdachte] zou een zakelijk gesprek hebben. Het ging over 60.000 euro. Schijnbaar was er een rip geweest van [verdachte] . Ze hebben [verdachte] voor 60.000 euro geript.
10.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 20 juli 2021 (dossierpagina’s 293-301), voor zover inhoudende als verklaring van [getuige 2] :
Sinds een half jaar verblijf ik in de woning aan [adres 3] . Ik heb een relatie met [getuige 3] . [verdachte] is de zoon van [getuige 3] . [verdachte] was op 2 juni 2021 in de woning met drie mensen.
11.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 20 juli 2021 (dossierpagina’s 302-307), voor zover inhoudende als verklaring van [getuige 2] :
V: Gisteren hebben we gesproken over [slachtoffer] . Jij gaf aan dat je hem niet kent. Klopt dat?
A: Dat klopt, die ken ik niet.
V: Wie is dit?
(het hof stelt vast dat getoond is een foto van [slachtoffer] )
A: Die nacht heb ik die jongen gezien. Hij was in het huis.
(…)
V: Hoe lang heeft u hem gezien in de woning?
(…)
A: [verdachte] heeft marihuana van andere mensen gekocht of gekregen. Deze jongen van de foto is een Roma en hij heeft een diefstal gepleegd. Hij heeft de marihuana van [verdachte] gestolen.
12.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 20 juli 2021 (dossierpagina’s 321-327), voor zover inhoudende als verklaring van [getuige 3] :
V: U staat ingeschreven op [adres 3] , woont u hier ook?
A: Ja correct
(…)
(…) Op 2 juni 2021 kwam mijn zoon (
het hof begrijpt: [verdachte]) binnen met een aantal mensen.
(…)
V: Met wie was hij?
A: Met een paar voor mij onbekenden. Dat was [verdachte] en nog 3 of 4 anderen.
13.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 28 juli 2021 (dossierpagina’s 347-366), voor zover inhoudende als verklaring van de verdachte:
V: Bij wie was je op bezoek? (
het hof begrijpt: op 2 juni 2021)
A: Bij iemand die woont in de flat van mijn vader.
V: Is dat op de Zernikestraat?
A: Ja, in hetzelfde gebouw als waar mijn vader woont.
V: Bij wie was je?
A: Bij de buurvrouw, iedereen noemt haar buuf.
(…)
Mijn overbuurjongen, hij heet [medeverdachte 1] (
het hof begrijpt: [medeverdachte 1]), die kwam samen met een jongen die aangifte heeft gedaan bij de buurvrouw in de woning (
het hof begrijpt: [slachtoffer]). (…) Later kwamen er twee andere figuren (…) de woning van die buurvrouw binnen.
(…)
Er werd na enkele minuten op de deur geklopt. Die twee mannen kwamen binnen. De buurvrouw deed de deur open. Wij zaten aan tafel. Die twee mannen kwamen de woonkamer binnen. Eerst gaven ze iedereen een hand en plotseling kreeg de zigeuner klappen. (…) Dat 60.000,00 euro verhaal klopt.
(…)
V: [slachtoffer] verklaarde dat jullie vervolgens naar een andere woning zijn gegaan, waar gingen jullie naar toe?
A: Naar mijn vaders woning (
het hof begrijpt: de woning aan [adres 3]).
14.
Een verklaring van de verdachte ter terechtzitting in hoger beroep d.d. 29 oktober 2024, ten overstaan van het gerechtshof ’s-Hertogenbosch:
Hetgeen de rechtbank bewezenverklaard heeft klopt. Ik ben inderdaad medeplichtig aan de poging tot medeplegen van afpersing van [slachtoffer] op 2 juni 2021 in Tilburg. Ik heb ruimtes gefaciliteerd.
Ik had voor twee woningen gezorgd, een woning was van de buurvrouw [medeverdachte 7] aan [adres 2] en de andere was van mijn vader [getuige 3] aan [adres 3] . Op enig moment zijn wij, de Tsjetsjenen, [slachtoffer] en ik ons gaan verplaatsen van het huis met [adres 2] naar het huis met nummer 14. [slachtoffer] is door [medeverdachte 1] opgehaald. Ik heb gezegd tegen [medeverdachte 1] waar [slachtoffer] moest worden opgehaald. (…) Het klopt dat ik de door de politie onderzochte foto’s (
opmerking hof: de foto waaraan wordt gerefereerd in bewijsmiddel 5 en 6) heb gestuurd naar het contact met de naam ‘loadingbruv’. Ik heb tevens teksten gestuurd naar hem. (…) Ik heb ook gezien dat [slachtoffer] door een van de onbekend gebleven mannen werd gewurgd en is geslagen.
Bewijsoverwegingen
De beslissing dat het bewezenverklaarde door de verdachte is begaan, berust op de
feiten en omstandigheden als vervat in de hierboven bedoelde bewijsmiddelen in onderlinge samenhang beschouwd.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het primair bewezenverklaarde wordt gekwalificeerd als:
medeplichtigheid bij en tot poging tot afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluiten. Het feit is strafbaar.
Strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezenverklaarde.
Op te leggen sanctie
Het hof heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarnaast is gelet op de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komende in de hierop gestelde wettelijke strafmaxima en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
Ten laste van de verdachte is bewezenverklaard dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan medeplichtigheid van het medeplegen van een poging tot afpersing. Het slachtoffer is op een gewelddadige wijze te kennen gegeven dat hij en/of een derde € 60.000,00 moest betalen. Daarbij is onder meer een wapen in zijn mond gedaan en is een draaiende boormachine gebruikt.
Het slachtoffer is fysiek mishandeld en bedreigd. Het kan niet anders zijn dan dat de situatie bij het slachtoffer voor doodsangsten heeft gezorgd.
De raadsvrouw van de verdachte heeft (in de kern) aangevoerd dat de door haar aangedragen persoonlijke omstandigheden strafmatigende werking moeten hebben. De advocaat-generaal heeft de oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk gevorderd.
Naar het oordeel van het hof kan niet worden volstaan met een straf zoals de rechtbank heeft opgelegd, nu daarin de aard en ernst van het feit alsmede de omstandigheden waaronder dat feit is begaan, onvoldoende tot uitdrukking komen.
Het hof acht gelet op het vorenstaande de oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, passend en geboden.
Met oplegging van een (gedeeltelijk) voorwaardelijke straf wordt enerzijds de ernst van het bewezenverklaarde tot uitdrukking gebracht en wordt anderzijds de strafoplegging dienstbaar gemaakt aan het voorkomen van nieuwe strafbare feiten.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De beslissing is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 45, 48, 63 en 317 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze ten tijde van het bewezenverklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van het wijzen van dit arrest rechtens gelden.

BESLISSING

Het hof:
vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het primair tenlastegelegde heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (vierentwintig) maanden;
bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
8 (acht) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;
beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Aldus gewezen door:
mr. A.J.M. van Gink, voorzitter,
mr. A.C. Bosch en mr. F. van Es, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. S. van den Akker, griffier,
en op 12 november 2024 ter openbare terechtzitting uitgesproken.