Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- de rechthebbende, bijgestaan door mr. Degens;
- de mentor, vertegenwoordigd door [ vertegenwoordiger van de mentor];
- de bewindvoerder, vertegenwoordigd door [vertegenwoordiger van de bewindvoerder].
3.De standpunten
De rechthebbende betwist de stelling van de bewindvoerder dat de uitvoering van het bewind goed verloopt. Er is nauwelijks contact tussen de rechthebbende en de bewindvoerder. Overigens loopt er een aansprakelijkheidsprocedure tegen de bewindvoerder met betrekking tot het inmiddels opgeheven bewind van de stiefdochter. De rechthebbende wil niet in dezelfde situatie verzeild raken als zijn stiefdochter. De rechthebbende zal met de huidige bewindvoerder niet meewerken aan de uitvoering van het bewind waardoor het bewind praktisch onuitvoerbaar zal zijn.
Achter de schermen is er intensief contact geweest met betrokken netwerkpartners over zorg gerelateerde zaken en de verhuizing van de rechthebbende. Het contact tussen de mentor en de stiefdochter verloopt niet prettig. Zo belt de stiefdochter de mentor bijvoorbeeld met krachttermen op dat zij sigaretten moet regelen voor de rechthebbende en weigert zij de mentor bij zorgplanbesprekingen een hand te geven. De stiefdochter helpt de rechthebbende bij praktische zaken zoals het doen van de was en het meegaan naar het ziekenhuis. Het is fijn dat de stiefdochter dit voor de rechthebbende doet en dit zijn dan ook geen zaken die tot het takenpakket van de mentor behoren.