Uitspraak
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het V6-formulier met bijlagen (producties I tot en met V) van de advocaat van de vrouw van 16 augustus 2024;
- het V6-formulier met bijlagen (producties 17 tot en met 26) van de advocaat van de man van 19 augustus 2024.
- namens de man: een terugkoppeling van Verzuim Expertise Bureau van 26 augustus 2024;
- namens de vrouw: alimentatieberekeningen.
3.De feiten
- [jongmeerderjarige] , geboren op [geboortedatum] 2005 (hierna: [jongmeerderjarige] ),
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] 2007 (hierna: [minderjarige 1] ) en
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum] 2009 (hierna: [minderjarige 2] ), (hierna ook: de kinderen).
- de kinderen verblijven voltijds bij de vrouw. [minderjarige 1] en [minderjarige 2] dineren op woensdagavond en vrijdagavond van 17:30- 20:00 uur bij de man. Daarnaast betalen de man en de vrouw de kosten van de school van de kinderen bij helften, o.a de vrijwillige ouderbijdrage van school, schoolreisjes, schoolboeken, bijlessen, de sporten en kinderfeestjes van de kinderen, vervanging identiteitskaarten van de kinderen, de kosten in de ontwikkeling van de kinderen waaronder maar niet beperkt tot het rijbewijs, beugel, en tienerfiets;
- de man zal de schoolkosten/zorgkosten van de kinderen welke gemaakt zijn vanaf 8 januari 2019 tot en met heden bij helfte aan de vrouw voldoen;
- de kinderen ontvangen elke maand van de man zakgeld op hun eigen betaalrekening;
- de kinderen ontvangen elk per maand kleedgeld van de man op hun eigen betaalrekening.
- de kinderen ontvangen elk schoenen en jassen van de vrouw;
- de kinderen ontvangen elk een laptop van de man.
- met ingang van 1 mei 2019 en zolang de kinderen minderjarig zijn en bij de vrouw wonen, betaalt de man aan de vrouw een alimentatie voor de kinderen van € 25,- per kind per maand.
- de wettelijke indexeringsregeling blijft van toepassing totdat het kind de eenentwintigjarige leeftijd heeft bereikt. Deze alimentatie zal zijn onderworpen aan de wettelijke indexering als bedoeld in artikel l:402a BW, voor het eerst per 1 januari 2021.
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
Er zijn geen financiële gegevens van partijen, althans niet van de man, overgelegd over de periode dat partijen feitelijk uit elkaar zijn gegaan, zodat dit voor de rechtbank niet is vast te stellen. Het had op de weg van de vrouw gelegen om de rechtbank voor te rekenen en met stukken te onderbouwen wat op basis van de financiële gegevens de bijdrage destijds had moeten zijn.”
aanzijn moeder, zoals blijkt uit de aangifte IB 2023, betrof een papieren constructie die zijn moeder financieel voordeel opleverde.
betaaldeschilderwerkzaamheden tot 8 uur, zijnde één werkdag, per week.
Gezien de ernst van de beschreven gebeurtenissen en de bedreigende situatie waarin de man zich nog steeds bevindt, acht het hof het alleszins aannemelijk dat de man op dit moment ernstige psychische (trauma gerelateerde en angst)klachten heeft en dat hij als gevolg van daarvan niet meer in staat is (structureel) betaald schilderwerk te verrichten. Vanaf 1 januari 2024 houdt het hof daarom met die inkomsten geen rekening meer. Het hof zoekt met die datum aansluiting bij de datum van de eerste ziekmelding en de ‘knip’ in de berekening van de draagkracht van de man als gevolg van zijn inkomensstijging per 1 januari 2024.
- beheersvergoeding € 41,75
- hypotheeklasten € 250,00
- forfait eigenaars lasten € 95,00
- beheersvergoeding € 41,75
- hypotheekrente € 303,55
- belastingen € 567,52
- verzekeringen € 35,00
- reservering beheerskosten € 95,00
Het aandeel van de vrouw in de kosten van de kinderen:
Het aandeel van de vrouw in de kosten van de kinderen:
- (€ 671,- = € 50,- =) € 621,- per maand, ofwel € 310,50 per kind per maand in de periode van 13 april 2023 tot 1 januari 2024;
- (€ 761,- = € 53,- =) € 708,- per maand, ofwel € 354,- per kind per maand vanaf 1 januari 2024.
6.De slotsom
7.De beslissing
- in de periode van 13 april 2023 tot 1 januari 2024 € 310,50 per kind per maand zal betalen;
- vanaf 1 januari 2024 € 354,- per kind per maand zal betalen, de toekomstige termijnen telkens bij vooruitbetaling te voldoen.