ECLI:NL:GHSHE:2024:308
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter inzake overtreding van de Wet milieubeheer
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, waarbij de verdachte is veroordeeld voor de overtreding van artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer en voor het opzettelijk en wederrechtelijk vernielen van andermans goed. De politierechter had de verdachte een gevangenisstraf van 1 maand opgelegd, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, en had een schadevergoeding van € 1.403,60 toegewezen aan de benadeelde partij, te vermeerderen met wettelijke rente en met een schadevergoedingsmaatregel. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die heeft gevorderd dat het hof de verdachte zal veroordelen tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 maand met een proeftijd van 1 of 2 jaar. De verdediging heeft zich gerefereerd aan het oordeel van het hof met betrekking tot de bewezenverklaring, maar heeft een strafmaatverweer gevoerd. Het hof heeft de verwijzingen naar bewijsmiddelen verbeterd en heeft geoordeeld dat de strafbaarheid van het bewezenverklaarde niet uitgesloten is.
Het hof heeft uiteindelijk besloten om het vonnis van de politierechter te bevestigen, met uitzondering van de kwalificatie van het bewezenverklaarde onder 1, die is verbeterd. Het hof heeft de gevangenisstraf van 1 maand bevestigd, met inachtneming van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. De persoonlijke omstandigheden van de verdachte en het tijdsverloop zijn niet voldoende om van de opgelegde straf af te wijken. Het hof heeft de beslissing op 26 januari 2024 uitgesproken.