6.1.In dit hoger beroep kan worden uitgegaan van de volgende feiten.
6.1.1Tussen [appellant] en NN is op 1 september 2018 een verzekeringsovereenkomst tot stand gekomen het betreft een All-in Woonhuisverzekering.
6.1.2De verzekering is tot stand gekomen door tussenkomst van You Sure. De verzekeringsovereenkomst wordt beheerd door DIN Assuradeuren, die daartoe door NN is gevolmachtigd.
6.1.3Op 31 oktober 2018 heeft [appellant] op de begane verdieping van zijn woning een lekkage geconstateerd. Als gevolg van deze lekkage is de houten vloer beschadigd geraakt. [appellant] heeft de schade gemeld bij You Sure. Door You Sure is CED als expert ingeschakeld om de schade te begroten. De expert van CED heeft in zijn rapport van 6 december 2018 geoordeeld dat de gehele vloer vervangen moest worden. You Sure heeft daartoe de firma Schade Regie Centrum (hierna: SRC) ingeschakeld.
6.1.4In januari 2019 is door SRC een nieuwe vloer geplaatst.
6.1.5De kosten voor het vervangen van de vloer zijn door NN voldaan. NN heeft de lekkage, hiervoor genoemd onder 6.1.3, schade-evenement 1 genoemd.
6.1.6SRC heeft herstelwerkzaamheden ten aanzien van de nieuw gelegde vloer verricht.
Daarbij zou door SRC, op 29 januari 2019, een (andere) lekkage van een afvoerleiding in de betonnen vloer zijn ontdekt. NN heeft deze lekkage als een gedekt nieuw schade-evenement beschouwd en schade-evenement 2 genoemd. NN heeft de schade op 8 februari 2019 laten opnemen door een nieuwe schade-expert, EMN. EMN heeft op 17 april 2019 haar uiteindelijke rapportage uitgebracht.
6.1.7Ten behoeve van de schadevaststelling betreffende schade-evenement 2 heeft [appellant] Claimshulp als contra-expert aangewezen. Bij akte benoeming van experts van 6 maart 2019 zijn [appellant] , de expert van [appellant] (Claimshulp) en de expert van NN (EMN) het volgende overeengekomen:
“(…)
1. Als uitsluitend bewijs van de grootte van de schade overeenkomstig de polis en de daarin vermelde waardegrondslagen zal gelden een taxatie gemaakt door ondergetekende experts, waarvan verzekerde en verzekeraars er ieder één heeft benoemd, en die als blijk van aanvaarding van hun benoeming deze Akte mede ondertekenen.(…)”.
6.1.8Bij akte van taxatie van 11 april 2019 is de volgende schade vastgesteld:
“ (…)
evenement I
opstal aanvullende herstelkosten € 2.296,16
evenement II
opstal, herstelkosten € 17.290,53
droging € 553,94
elektra ten behoeve van droging € 35,00
opslagkosten inboedel € 545,83
verminderde verkoopwaarde P.M.
(…)”
6.1.9NN heeft vervolgens nog een bedrag van € 22.489,23 aan [appellant] uitgekeerd.
6.1.10Nadat de vloer was gelegd heeft You Sure Novanet ingeschakeld. Novanet heeft op 31 mei 2019 een offerte uitgebracht en is op 7 oktober 2019 met de werkzaamheden begonnen om de keuken weer in orde te brengen, die op stelten was geplaatst om de werkzaamheden aan de vloer te kunnen uitoefenen.
6.1.11Daar [appellant] niet tevreden was over de montage van de keuken door Novanet heeft hij zich tot You Sure gewend.
6.1.12Bij e-mail van 13 maart 2020 heeft You Sure [appellant] bericht:
“(…)
Het is mij niet geheel duidelijk waarom u zich tot Yousure wendt.
Yousure is niet de verzekeraar, wij zijn slechts de tussenpersoon van [appellant] en wij zijn in het gehele dossier geen opdrachtgever!
Het is mij dan ook geheel niet duidelijk waarom Yousure voor een oplossing zou moeten zorgen.(…)”.
6.1.13De gemachtigde van [appellant] heeft zich op 15 juni 2020 gericht tot DIN Assuradeuren, gevolmachtigde van NN en volmachtgever van You Sure. Hij heeft DIN Assuradeuren verzocht en gesommeerd te bevestigen dat zij de kosten ter vervanging van de keuken met bijbehorende apparatuur en de door [appellant] gemaakte uren zal vergoeden.
6.1.14Bij e-mail van 30 juni 2020 heeft DIN Assuradeuren aan de gemachtigde van [appellant] bericht:
“(…)
Met uw brief van 15 juni jl. wendt u zich tot DIN Assuradeuren inzake een schade van [appellant] opgelopen door fouten dan wel toedoen van schadeherstelbedrijven.
Wij gaan er vanuit dat e.e.a. gebaseerd is op een misverstand. DIN Assuradeuren heeft immers niets te maken met, c.q. is geen partij in schade toegebracht door de ingeschakelde schadeherstelbedrijven.
Er bestaat geen enkele relatie tussen DIN Assuradeuren en de ingeschakelde schadeherstelbedrijven.
(…)”.
6.1.15Ter vaststelling van de schade aan de keuken heeft [appellant] een expertise laten uitvoeren door Top Expertise. Volgens het expertiserapport van Top Expertise van 21 juli 2020 is de keuken onherstelbaar beschadigd en is het noodzakelijk om de keuken door een nieuwe keuken te vervangen. De kosten zijn begroot op € 20.000,-- inclusief btw.
6.1.16Omdat You Sure en DIN Assuradeuren niets meer van zich lieten horen heeft de gemachtigde van [appellant] NN bij brief van 30 juli 2020 gesommeerd om een bedrag van 20.000,-- aan [appellant] over te maken.
De vorderingen en de uitspraak in eerste aanleg
6.2.1In de onderhavige procedure heeft [appellant] in eerste aanleg, na wijziging van eis, kort gezegd, gevorderd dat NN wordt veroordeeld tot betaling aan [appellant] van:
a. a) € 24.857,93 ter zake de door [appellant] geleden schade; en
b) € 1.023,58 wegens buitengerechtelijke incassokosten voor zover de competentiegrens daardoor niet wordt overschreden;
met de wettelijke rente over het gevorderde onder a vanaf 11 februari 2020, voor zover daardoor de competentiegrens niet wordt overschreden en de kosten van de procedure voor zover de competentiegrens daardoor niet wordt overschreden en de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
6.2.2Aan deze vordering heeft [appellant] , kort samengevat, ten grondslag gelegd, dat tussen hem en NN een overeenkomst is gesloten op grond waarvan hij is verzekerd tegen materiële schade aan zijn woning. De overeenkomst is door tussenkomst van You Sure gesloten en wordt beheerd door DIN Assuradeuren die daartoe door NN is gevolmachtigd.
Om de werkzaamheden aan de vloer te kunnen uitvoeren is de keuken op stelten geplaatst. Door You Sure is Novanet ingeschakeld om de keuken weer in orde te brengen. Deze is daar niet in geslaagd. Toen You Sure medewerking aan een oplossing weigerde heeft [appellant] zich tot DIN Assuradeuren, als volmachtgever van You Sure, die tevens gevolmachtigde is van NN, gewend. DIN Assuradeuren heeft aansprakelijkheid voor de door Novanet veroorzaakte schade ontkend. [appellant] heeft vervolgens Top Expertise een expertise ter vaststelling van de schade aan de keuken laten uitvoeren en omdat You Sure en DIN Assuradeuren niets meer van zich lieten horen heeft [appellant] NN tot vergoeding van de schade aangeschreven. Omdat NN uitkering van de schade weigert schiet zij toerekenbaar tekort in de nakoming van de verzekeringsovereenkomst. Volgens [appellant] dient NN hem primair op grond van artikel 2.2.9 van de polisvoorwaarden de volgende gevolgschade te vergoeden, nu het kosten betreft die zouden zijn ontstaan tijdens het herstel van de gedekte schade:
- € 10.000,-- in verband met de keuken,
- voorlopige herstelkosten van de keuken,
- kosten voor het tijdelijk verhuizen en opslaan van inboedelgoederen,
- het repareren van het stucwerk en het schilderen van wanden,
- elektriciteitskosten in verband met bouwdrogers,
- schade aan de koelvriescombinatie,
- schade in verband met een blokkade in de riolering,
- de kosten voor het inschakelen van een contra-expert,
- het verlies van inkomsten,
- de waarde van de door SRC meegenomen vloerdelen.
Dit komt in totaal op een bedrag van € 24.857,93. Subsidiair stelt [appellant] dat NN op grond van artikel 6:171 BW aansprakelijk is voor schade die uit het foutieve handelen van SRC en Novanet voortvloeit. SRC en Novanet zijn op grond van artikel 2.7.1 van de polisvoorwaarden door NN ingeschakeld ter vergoeding van de schade in natura (herstel) en functioneren als hulppersonen van NN in de zin van artikel 6:171 BW.
6.2.3NN heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Dat verweer zal, voor zover in hoger beroep van belang, in het navolgende aan de orde komen.
6.2.4Bij tussenvonnis van 28 april 2021 heeft de kantonrechter een mondelinge behandeling gelast.
6.2.5Bij eindvonnis van 19 januari 2022 heeft de kantonrechter de vorderingen van [appellant] afgewezen en [appellant] in de proceskosten veroordeeld.
Daartoe heeft de kantonrechter geoordeeld dat:
- de akte van taxatie heeft te gelden als een vaststellingsovereenkomst in de zin van artikel 7:900 BW en dat [appellant] gebonden is aan de inhoud daarvan (rechtsoverweging 3.3 en 3.4);
- partijen zich gezien de akte van benoeming op voorhand hebben gebonden aan de vaststelling door experts van de schade en dat dat betekent dat NN niet gehouden kan worden tot betaling van meer (rechtsoverweging 3.4);
- NN het beginsel dat [appellant] aan de vaststellingsovereenkomst is gebonden niet heeft verlaten door een hoger bedrag uit te keren (rechtsoverweging 3.4);
- NN heeft voldaan aan haar verbintenis uit hoofde van de vaststellingsovereenkomst en daarmee aan de verzekeringsovereenkomst (rechtsoverweging 3.5);
- het subsidiaire standpunt van [appellant] niet tot een ander oordeel leidt. [appellant] stoelt zijn stelling op de polisvoorwaarden, maar NN is haar verplichtingen uit de verzekeringsovereenkomst nagekomen (rechtsoverweging 3.5).
De vorderingen in hoger beroep
6.3.1[appellant] heeft in hoger beroep drie grieven aangevoerd. [appellant] heeft geconcludeerd tot, uitvoerbaar bij voorraad, vernietiging van het vonnis waarvan beroep en tot, opnieuw rechtdoende, toewijzing van de volgende vorderingen van [appellant] :
I. NN te veroordelen tot betaling van een bedrag € 15.715,55, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van het instellen van deze eis tot aan de dag der algehele voldoening, althans tot een bedrag dat het hof in goede justitie rechtvaardig acht;
II. te bepalen dat indien [appellant] de factuur van Claimshulp van € 1.903,30 aan Claimshulp dient te voldoen, NN dit bedrag op het eerste verzoek van [appellant] , doch nadat [appellant] een bewijs van betaling heeft overgelegd, aan [appellant] voldoet;
III. NN te veroordelen tot betaling van de kosten van deze procedure, vermeerderd met de wettelijke rente en vermeerderd met de nakosten.
6.3.2Bij memorie van antwoord heeft NN geconcludeerd tot bekrachtiging van het vonnis waarvan beroep en tot veroordeling van [appellant] in de kosten van beide instanties inclusief de nakosten en vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van de betreffende uitspraak tot aan de dag der algehele voldoening.