Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
10 (tien) weken.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg, waarbij de verdachte op 11 juli 2023 werd veroordeeld voor opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod. De verdachte, geboren in 1992, werd veroordeeld tot een taakstraf van 40 uren, subsidiair 20 dagen hechtenis, en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 maand met een proeftijd van 2 jaren. Tegen dit vonnis is hoger beroep ingesteld. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof het vonnis van de politierechter zal vernietigen en de verdachte zal veroordelen tot een gevangenisstraf van 3 weken. De raadsman van de verdachte heeft vrijspraak bepleit en een strafmaatverweer gevoerd. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte schuldig bevonden aan het opzettelijk aanwezig hebben van ongeveer 293 gram heroïne en 56,9 gram cocaïne. Het hof heeft overwogen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het tenlastegelegde, ondanks het verweer van de verdediging dat er geen bewijs was voor de wetenschap van de verdachte over de drugs. Het hof heeft de strafbaarheid van de verdachte vastgesteld en een gevangenisstraf van 10 weken opgelegd, rekening houdend met de overschrijding van de redelijke termijn in de procedure. De beslissing is gegrond op de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet en artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht.