Uitspraak
Arrest van de economische kamer van het gerechtshof 's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
hij op of omstreeks 7 oktober 2021, te Burgh-Haamstede, in de gemeente Schouwen-Duiveland, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, onverminderd artikel 3.5 eerste, vierde en vijfde lid van de Wet natuurbescherming, een in het wild levend zoogdier van een soort genoemd in de bijlage, onderdeel A, bij genoemde wet, te weten een damhert (Dama dama), opzettelijk heeft gedood en/of gevangen.
hij op 7 oktober 2021, te Burgh-Haamstede, in de gemeente Schouwen-Duiveland, onverminderd artikel 3.5 eerste, vierde en vijfde lid van de Wet natuurbescherming, een in het wild levend zoogdier van een soort genoemd in de bijlage, onderdeel A, bij genoemde wet, te weten een damhert (Dama dama), opzettelijk heeft gedood.
de facto– voor degene die de schriftelijke en gedagtekende toestemmingsverklaring van de grondgebruiker niet bij zich draagt, daarmee de vrijstelling van het verbod als bedoeld in artikel 3.10, eerste lid, van de Wet natuurbescherming. Omdat de verdachte zowel op 26 april 2021 als op 7 oktober 2021 niet een schriftelijke en gedagtekende toestemming van de grondgebruiker bij zich droeg en aan de controlerende verbalisanten kon tonen, is, gelet op het voorgaande, in de ogen van de advocaat-generaal in beide gevallen sprake geweest van het door de verdachte opzettelijk én wederrechtelijk doden van een damhert.