In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 21 juni 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, van 15 augustus 2023. De kinderrechter had de verdachte vrijgesproken van het tenlastegelegde in de zaak met parketnummer 03-098863-23 en de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde straf onder parketnummer 03-141726-22 afgewezen. De kinderrechter had in de zaak met parketnummer 03-123610-23 echter bewezenverklaard dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf was verschaft door middel van braak. De vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij werd gedeeltelijk toegewezen tot een bedrag van € 7.000,00.
Namens de verdachte is beperkt hoger beroep ingesteld, uitsluitend gericht tegen de veroordeling in de zaak met parketnummer 03-123610-23. De advocaat-generaal heeft ter zitting in hoger beroep wijziging van de vordering tot tenuitvoerlegging van de eerder voorwaardelijk opgelegde straf gevorderd, zodat deze ook betrekking heeft op de feiten onder parketnummer 03-123610-23. Het hof heeft het onderzoek in hoger beroep verricht en kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de raadsvrouw van de verdachte.
Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd voor zover het de beslissing op de vordering tot tenuitvoerlegging betreft en heeft de tenuitvoerlegging van de eerder voorwaardelijk opgelegde straf gelast. De verdachte is veroordeeld tot een jeugddetentie van 12 weken, waarvan 4 weken voorwaardelijk, met aftrek van de tijd die in voorarrest is doorgebracht. Het hof heeft de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij voor een deel toegewezen en het vonnis waarvan beroep voor het overige bevestigd.