ECLI:NL:GHSHE:2024:1938

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
31 mei 2024
Publicatiedatum
14 juni 2024
Zaaknummer
20-002893-21
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Integrale vrijspraak van het voorhanden hebben van een uitheemse diersoort en valsheid in geschrift

In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 31 mei 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Oost-Brabant. De verdachte was aangeklaagd voor het voorhanden hebben van een uitheemse diersoort, de handel in schedels van negen tijgers en één leeuw, en valsheid in geschrift. De rechtbank had de verdachte in eerste aanleg niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging voor een deel van de tenlastelegging wegens verjaring. Het hof heeft het hoger beroep behandeld en de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die vroeg om vernietiging van het vonnis en integrale vrijspraak van de verdachte.

Het hof heeft vastgesteld dat de tenlastelegging onder feit 1, dat betrekking heeft op de Flora- en faunawet, verjaard is. Dit betekent dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk is in de vervolging voor dit feit. Voor de feiten 2 en 3, die betrekking hebben op de handel in tijgerschedels en een leeuwenschedel, heeft het hof niet kunnen vaststellen dat het om echte schedels ging, waardoor de verdachte ook hiervoor werd vrijgesproken. Ten aanzien van feit 4, valsheid in geschrift, was er onvoldoende bewijs dat de verdachte opzettelijk de inhoud van verzendpakketten had verhuld.

Uiteindelijk heeft het hof het vonnis van de rechtbank vernietigd en de verdachte integraal vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten. Tevens is de teruggave van een in beslag genomen opgezette tijgerwelp gelast, aangezien dit voorwerp niet vatbaar was voor verbeurdverklaring. De uitspraak benadrukt de noodzaak van wettig en overtuigend bewijs in strafzaken en de gevolgen van verjaring voor strafvervolging.

Uitspraak

Parketnummer : 20-002893-21
Uitspraak : 31 mei 2024
TEGENSPRAAK

Arrest van de economische kamer van het gerechtshof 's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de economische meervoudige kamer van de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats ‘s-Hertogenbosch, van 6 december 2021, in de strafzaak met parketnummer 01-997036-18 tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] [in het jaar] 1980,
wonende te [adres] .
Hoger beroep
De economische meervoudige kamer van de rechtbank heeft de officier van justitie ter terechtzitting in eerste aanleg niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van het onder 1 tenlastegelegde, voor zover ziende op de overtredingsvariant van het feit, wegens de verjaring daarvan.
Bij vonnis waarvan beroep is de verdachte door de rechtbank ter zake van:
 overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 13 van de Flora- en faunawet (feit 1);
 medeplegen van overtreding van een voorschrift gesteld bij of krachtens artikel 3.37 van de Wet natuurbescherming, opzettelijk begaan, meermalen gepleegd (feit 2 primair);
 medeplegen van overtreding van een voorschrift gesteld bij of krachtens artikel 3.37 van de Wet natuurbescherming, opzettelijk begaan (feit 3 primair);
 valsheid in geschrift, meermalen gepleegd (feit 4),
veroordeeld tot een taakstraf voor de duur van 130 uren, subsidiair 65 dagen hechtenis, waarvan 30 uren, subsidiair 15 dagen hechtenis, voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren en met aftrek van voorarrest. Voorts heeft de rechtbank een onder de verdachte in beslag genomen ‘opgezette tijgerwelp’ onttrokken aan het verkeer.
Namens de verdachte is tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep en in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het beroepen vonnis zal vernietigen en de verdachte integraal van de tenlastegelegde feiten zal vrijspreken, met teruggave aan de verdachte van het in beslag genomen goed.
De verdediging heeft eveneens integrale vrijspraak van het tenlastegelegde bepleit en de teruggave aan de verdachte verzocht van het in beslag genomen goed.
Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de strafvervolging ter zake van feit 1
De tenlastelegging onder feit 1 is toegesneden op artikel 13 van de Flora- en faunawet en houdt in het door de verdachte
al dan niet opzettelijkten verkoop voorhanden hebben, in voorraad hebben gehad, ten verkoop hebben aangeboden en/of hebben verkocht van de beschermde uitheemse diersoort ‘Pantherea pardus’ op of omstreeks 27 oktober 2015.
Gelet op artikel 2, lid 1, van de Wet op de economische delicten is dit feit, indien niet opzettelijk begaan, een overtreding. Het recht tot strafvordering vervalt door verjaring in 3 jaren voor alle overtredingen (artikel 70, lid 1, van het Wetboek van Strafrecht) en de verjaringstermijn vangt aan op de dag ná die waarop het feit zou zijn gepleegd (artikel 71 Sr), in dit geval de dag ná 27 oktober 2015. Eén van de in artikel 71 Sr genoemde uitzonderingssituaties, waardoor de verjaringstermijn later zou aanvangen, is niet van toepassing en ook is niet gebleken dat de verjaring tijdig is gestuit door een daad van vervolging.
Het hof is derhalve – met de rechtbank, de advocaat-generaal en de verdediging – van oordeel dat het recht tot strafvordering te zake van feit 1 is verjaard, voor zover dit feit ziet op de impliciet tenlastegelegde overtredingsvariant. Het Openbaar Ministerie is in zoverre niet-ontvankelijk in de vervolging van de verdachte.
Vonnis waarvan beroep
Het beroepen vonnis – voor zover nog aan het oordeel van het hof onderworpen – zal worden vernietigd, omdat het niet te verenigen is met de hierna te geven beslissing.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is – voor zover thans nog aan de orde – tenlastegelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 27 oktober 2015 in de gemeente Helmond, en/of gemeente Geldrop, in elk geval in Nederland, opzettelijk, een dier behorende tot een beschermde uitheemse diersoort, te weten Panthera pardus (luipaard/panter) (IBN code 5707BJ1.01.10.001), ten verkoop voorhanden en/of in voorraad heeft gehad en/of ten verkoop heeft aangeboden en/of heeft verkocht;
2.
hij in de periode van 5 september 2017 tot en met 25 september 2017, in de gemeente Helmond, en/of de gemeente Geldrop, althans te Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, heeft gehandeld in strijd met bij de Regeling natuurbescherming aangewezen voorschriften van EU-verordeningen, te weten artikel 8, eerste lid, van de Cites-basisverordening (EG) nr. 338/97 door, al dan niet opzettelijk, 9, althans één of meer, specimen (schedel(s)) van de in bijlage A van deze verordening genoemde soorten, te weten tijger (panthera tigris), te gebruiken met winstoogmerk, te verkopen, ten verkoop aan te bieden en/of te vervoeren met het oog op verkoop;
subsidiair, althans indien het vorenstaande onder 2 niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in de periode van 5 september 2017 tot en met 25 september 2017, in de gemeente Helmond, en/of de gemeente Geldrop, althans te Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, heeft gehandeld in strijd met bij de Regeling natuurbescherming aangewezen voorschriften van EU-verordeningen, te weten artikel 8, eerste lid, van de Cites-basisverordening nr. 338/97, door, al dan niet opzettelijk, 9, althans één of meer, specimen (schedel(s)) van de in bijlage A van deze verordening genoemde soorten, te weten tijger (panthera tigris), te gebruiken met winstoogmerk, te verkopen, ten verkoop aan te bieden en/of te vervoeren met het oog op verkoop,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in de periode van 5 september 2017 tot en met 26 september 2017, in de gemeente Helmond, en/of de gemeente Geldrop, althans te Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk inlichtingen heeft verschaft door als tussenhandelaar en/of contactpersoon te fungeren tussen (verkoper) [verkoper] en (koper) [koper] ;
en/of
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in de periode van 6 september 2017 tot en met 20 september 2017, in de gemeente Helmond, en/of de gemeente Geldrop, althans te Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid en/of inlichtingen heeft verschaft, door (een deel van) de betaling voor de genoemde specimen te regelen en/of te ontvangen;
en/of
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in de periode van 20 september 2017 tot en met 27 september 2017, in de gemeente Helmond, en/of de gemeente Geldrop, althans te Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk middelen heeft verschaft, door de genoemde specimen te verzenden;
3.
hij in de periode van 5 september 2017 tot en met 25 september 2017, in de gemeente Helmond, en/of de gemeente Geldrop, althans te Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, heeft gehandeld in strijd met bij de Regeling natuurbescherming aangewezen voorschriften van EU-verordeningen, te weten artikel 8, vijfde en eerste lid, van de Cites-basisverordening (EG) nr. 338/97, door, al dan niet opzettelijk, één specimen (schedel) van de in bijlage B van deze verordening genoemde soorten, te weten leeuw (panthera leo) (p. 1179 PV) te gebruiken met winstoogmerk, te verkopen, ten verkoop aan te bieden en/of te vervoeren met het oog op verkoop;

subsidiair, althans indien het vorenstaande onder 3 niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:

hij in de periode van 5 september 2017 tot en met 25 september 2017, in de gemeente Helmond, en/of de gemeente Geldrop, althans te Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, heeft gehandeld in strijd met bij de Regeling natuurbescherming aangewezen voorschriften van EU-verordeningen, te weten artikel 8, vijfde en eerste lid, van de Cites-basisverordening (EG) nr. 338/97, door, al dan niet opzettelijk, één specimen (schedel) van de in bijlage B van deze verordening genoemde soorten, te weten leeuw (panthera leo) (p. 1179 PV) te gebruiken met winstoogmerk, te verkopen, ten verkoop aan te bieden en/of te vervoeren met het oog op verkoop,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in de periode van 5 september 2017 tot en met 26 september 2017, in de gemeente Helmond, en/of de gemeente Geldrop, althans te Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk inlichtingen heeft verschaft door als tussenhandelaar en/of contactpersoon te fungeren tussen (verkoper) [verkoper] en (koper) [koper] ;
en/of
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in de periode van 6 september 2017 tot en met 20 september 2017, in de gemeente Helmond, en/of de gemeente Geldrop, althans te Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid en/of inlichtingen heeft verschaft, door (een deel van) de betaling voor het genoemde specimen te regelen en/of te ontvangen;
en/of
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in de periode van 20 september 2017 tot en met 27 september 2017, in de gemeente Helmond, en/of de gemeente Geldrop, althans te Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk middelen heeft verschaft, door het genoemde specimen te verzenden;
4.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 21 mei 2019 tot en met 28 mei 2019, te Geldrop en/of Eindhoven, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, een of meer (verzend)etiket(ten), zijnde (een) geschrift(en), bestemd om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt en/of vervalst met het oogmerk om het als echt en onvervalst (al dan niet door anderen) te doen gebruiken, door:
( a.) op het etiket van een op 22 mei 2019 aan UPS ter verzending aangeboden pakket met bestemming Duitsland, niet te vermelden dat de inhoud van het pakket een geprepareerde/opgezette rob (inclusief huid) betrof (en in plaats daarvan te vermelden dat de inhoud een “educational model” betrof) en/of
  • b.) door op het etiket van een op 27 mei 2019 aan UPS ter verzending aangeboden pakket met bestemming Duitsland, niet te vermelden dat de inhoud van het pakket een geprepareerde/opgezette koala (inclusief huid) betrof (en in plaats daarvan te vermelden dat de inhoud een “educational model” betrof) en/of
  • c.) door op het etiket van een op 27 mei 2019 of 28 mei 2019 aan UPS ter verzending aangeboden pakket met bestemming Verenigde Staten, niet te vermelden dat de inhoud van het pakket een geprepareerde/opgezette tenrek (inclusief huid) betrof (en in plaats daarvan te vermelden dat de inhoud een “educational model” betrof.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Integrale vrijspraak
Het hof heeft uit het onderzoek ter terechtzitting niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat de verdachte het onder 1, 2 (primair en subsidiair), 3 (primair en subsidiair) en 4 tenlastegelegde heeft begaan, zodat hij daarvan integraal zal worden vrijgesproken.
Het hof overweegt daartoe als volgt.
Ten aanzien van feit 1
Uit het dossier volgt dat de verdachte op 27 oktober 2015 aan medeverdachte [medeverdachte] een op een houten schildje bevestigde schedel van een Panthera Pardus (luipaard) heeft aangeboden, welke schedel bij de doorzoeking op 30 juli 2019 onder de medeverdachte is aangetroffen.
Het hof is, gelet op de ter terechtzitting in hoger beroep d.d. 31 mei 2024 door de verdachte afgelegde verklaring en de ervaring van de advocaat-generaal, zoals door haar naar voren gebracht op voornoemde zitting, van oordeel dat niet kan worden uitgesloten dat het tenlastegelegde voorwerp onder de antiekvrijstellingsregeling valt, zoals door de verdediging is aangevoerd. Het houten schildje met de daarop bevestigde luipaardschedel is volgens de verdachte vóór 1947 vervaardigd en is daarom vrijgesteld van het verbod op het voorhanden hebben van een dergelijke schedel dan wel de handel daarin. Het hof is derhalve van oordeel dat de verdachte van het onder 1 tenlastegelegde dient te worden vrijgesproken.
Ten aanzien van de feiten 2 en 3
De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep (als ook in eerste aanleg) verklaard dat de onder 2 en 3 tenlastegelegde specimen – schedels van 9 tijgers en 1 leeuw – replica’s betreffen.
Gelet op het dossier, waaronder de verklaring van de [getuige-deskundige] die zijn oordeel over de echtheid van de schedels slechts op basis van foto’s heeft moeten baseren, de verklaring van de verdachte zoals afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep en hetgeen op die zitting door de advocaat-generaal naar voren is gebracht, heeft het hof niet buiten gerede twijfel kunnen vaststellen dat sprake is van echte schedels. Het hof kan niet uitsluiten dat, zoals de verdachte heeft verklaard, sprake is van replica’s van schedels. De verdachte zal derhalve integraal worden vrijgesproken van de onder 2 primair en subsidiair en de onder 3 primair en subsidiair tenlastegelegde feiten.
Ten aanzien van feit 4
Hoewel de verdachte heeft bekend dat hij op de verzendetiketten van de drie tenlastegelegde aan UPS aangeboden pakketten heeft vermeld dat de inhoud daarvan een “educational model” betrof, is het hof onvoldoende gebleken dat het gebruik van deze term (afgeleid van douanecode 9705), in strijd met de waarheid is gebruikt om de werkelijke inhoud van de pakketten te verhullen en de douaneregels te omzeilen. Het hof is derhalve van oordeel dat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan valsheid in geschrift. De verdachte zal derhalve van het onder 4 tenlastegelegde worden vrijgesproken.
Beslag
Het hof zal de teruggave aan de verdachte gelasten van het in beslag genomen voorwerp, te weten een opgezette tijgerwelp (KVI036, G_550640), aangezien dit voorwerp niet vatbaar is voor verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer en onder de verdachte in beslag is genomen.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk in de vervolging van de verdachte ter zake van het onder 1 tenlastegelegde feit, voor zover ziende op de overtredingsvariant.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep, voor zover nog aan het oordeel van het hof onderworpen, en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 primair, 2 subsidiair, 3 primair,
3 subsidiair en 4 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Gelast de
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: 1 STK Dier algemeen, KVI036, G_550640 / opgezette tijgerwelp.
Aldus gewezen door:
mr. A.J. Henzen, voorzitter,
mr. A.R. Hartmann en mr. A.C. Bosch, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. N.S. Willems Ettori-Oort, griffier,
en op 31 mei 2024 ter openbare terechtzitting uitgesproken.