I. Bewijsmiddelenbijlage
De paginanummers die in onderstaande bewijsmiddelen zijn genoemd verwijzen naar pagina’s van het eindproces-verbaal van de politie Eenheid Zeeland-West-Brabant, Dienst Regionale recherche, Team Zeden, dossiernummer 2022072113, gesloten d.d. 23 september 2022 (pg. 1-163). Alle te noemen processen-verbaal zijn in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde verbalisanten. Alle verklaringen zijn, voor zover nodig, zakelijk weergegeven.
Parketnummer 02-007920-22
1. Het proces-verbaal van bevindingen informatief gesprek zeden d.d. 4 december 2021 (pg. 8-10), voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] :
(pagina 8)
Gezinssituatie
[slachtoffer/benadeelde partij] woont en staat ingeschreven bij haar opa (
het hof begrijpt: de verdachte) en oma (
het hof begrijpt: getuige [benadeelde partij 2]), [adres 2] . Vader en moeder zijn gescheiden. Met vader heeft ze nog wel contact, met moeder niet meer. Via Jeugdzorg is [slachtoffer/benadeelde partij] samen met jaar 16-jarige broertje bij opa en oma geplaatst omdat er problemen tussen vader en moeder waren (pleegzorg).
2. Het proces-verbaal van verhoor d.d. 21 december 2021 (pg. 20-27), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer/benadeelde partij] :
(pagina 20)
Achternaam: [slachtoffer/benadeelde partij]
Voornamen: [slachtoffer/benadeelde partij]
Geboortedatum: [geboortedatum slachtoffer]
V: De aangifte is gedaan naar aanleiding van wat er op 30 november 2021 in de woning van opa (
het hof begrijpt telkens: de verdachte) en oma (
het hof begrijpt telkens: getuige [benadeelde partij 2]) in [adres 2] is voorgevallen.
A: Ik zat in de keuken aan de tafel en was aan het eten. Opa ging ineens voor me staan en toen kwam oma binnen en ging opa heel snel bewegen oma vroeg zich allemaal dingen af. En toen vroeg oma allemaal dingen en toen zei opa dat hij een plasticje moest weggooien, maar dat was niet waar, dat had hij al eerder gedaan.
(pagina 21)
Ik heb verteld dat opa met me bezig was. Ik wilde het niet langer verzwijgen en niet langer die pijn hebben.
V: Wat deed opa dan bij jou?
A: Voelen en zo en ik ook bij hem voelen. Dat was niet alleen toen die keer in de keuken, maar ook op andere momenten. In de keuken wilde opa dat ik hem zou pijpen.
V: Hoe komt het dat je bij opa en oma bent?
A: Ons huis zou worden verkocht aan de buren. Mijn ouders gingen in een caravan achter het huis van opa en oma wonen en wij sliepen dan bij opa en oma in huis. Mijn vader kreeg ruzie met opa en dat liep uit de hand. Opa heeft mijn vader bij de keel gegrepen en opa heeft mijn vader en moeder weggestuurd. Dat heeft mijn oma aan me verteld, toen ik vroeg wat er allemaal was gebeurd waardoor we nog bij hun woonden. Mijn ouders zijn toen op Camping Oranje gaan wonen, maar die werd later gesloten. Wij zijn wel bij opa en oma blijven wonen en later zijn onze ouders uit elkaar gegaan. We zien ze nog wel eens, maar niet vaak. Er is een afspraak dat ik tot mijn 18 jaar bij opa en oma blijf wonen.
V: Is jullie verblijf bij opa en oma officieel geregeld?
A: Ja, met Jeugdzorg.
V: Sinds wanneer wonen jullie bij opa en oma?
A: Op 5 november 2014 is dat begonnen.
V: Wat is het verschil tussen bij je ouders wonen en bij opa en oma?
A: Mijn vader drinkt heel veel en mijn ouders hadden heel veel ruzie. Mijn vader was
heel vaak heel dronken. Mijn moeder is wel aardig. Ik kan niet veel over haar vertellen omdat ik haar al lang niet meer heb geien (
het hof begrijpt: gezien). Jeugdzorg heeft nu gezegd dat het beter is dat ik tot mijn 16de geen contact meer met haar zal hebben omdat dat beter voor mij is.
(pagina 22)
V: We gaan het toch nog even over opa hebben. Wie waren er 30 november 2021 allemaal bij opa en oma in huis?
A: Opa en oma en [getuige 1] (
het hof begrijpt: getuige [getuige 1]), maar die lag op bed. Ik was samen met opa beneden en toen kwam oma de keuken binnen.
V: Maar wanneer gebeurde het dan met opa?
A: Dat was in die ochtend. Ik zat in de keuken op een stoel, vlak bij de plastic-bak. Opa was aan het aanrecht bezig en kwam naar me toe. Hij gooide het plasticje weg en ging er toen mee spelen. Ik zei: “Nee ik wil dat nu niet doen.” Opa zei: “Toe nou”. Ik zei: “Nee, ik heb daar nu geen zin in.”
V: Waar wilde opa dan dat je mee zou spelen?
A: Met zijn ding.
(pagina 23)
A: Met zijn lul
V: Hoe wist je dat hij dat wilde?
A: Hij haalde zijn lul uit zijn broek en speelde er mee. Hij zei: “Speel er eens mee. Doe mij eens pijpen.” Ik moet dan zijn lul in mijn mond nemen en op en neer gaan.
V: Hoe weet je dat dat zo is?
A: Opa heeft me gezegd hoe ik dat moest doen. Dat was al een paar maanden van tevoren, sinds dat we daar mee bezig waren. Hij heeft toen aan me gevraagd of ik hem wilde pijpen en toen heeft hij ook uitgelegd hoe dat moest.
V: Wanneer vroeg opa dat?
A: Dat was in de winter van vorig jaar.
V: Heeft opa toen ook aan je gezeten of dat alleen maar gevraagd?
A: Nee, hij heeft toen ook al aan me gezeten en ik ook aan hem. Het begon er mee dat opa aan me voelde, maar ik niet aan hem. Dat was in de keuken van de woning van opa en oma. Eerst voelde hij over mijn kleren aan mij, daar beneden.
V: Wat bedoel je daar mee?
A: Ik noem het mijn muts.
V: Dus opa zat aan je muts en hoe ging dat?
A: Zo begon het en zo is het even doorgegaan. Daarna deed hij dat ook onder mijn kleren. Hij deed mijn broek open en ging aan mijn muts voelen. Dan deed hij de knoop en de rits open en deed mijn onderbroek opzij. Hij voelde dan met zijn handen aan mijn muts. Hij ging met zijn vingers over mijn muts.
V: Wat deed opa nog meer als hij aan je muts voelde?
A: Alleen voelen daar beneden.
V: Wat merkte je dan aan hem?
A: Ik merkte dan dat zijn lul stijf werd.
V: Toen dat gebeurde, heb je daar toen met iemand over gesproken?
A: Nee, opa had tegen me gezegd dat dit ons geheimpje zou zijn en dat als ik het zou vertellen hij naar de gevangenis zou moeten en ik uit huis zou worden geplaatst.
(pagina 24)
V: Hoe vaak heeft opa op die manier aan je muts gezeten?
A: Wel vaak. Ik denk dat ik toen nog 12 jaar was.
A: Na een week of weken verder, ging het ook verder. Opa ging verder met andere dingen doen.
A: Een paar maanden geleden was oma ziek en toen wilde opa dat ik bij hem op bed zou komen liggen en toen is het verdergegaan. Oma lag beneden en ik was met opa boven. Ik ging bij hem liggen en dan ging opa bij me voelen en ik deed hem dan pijpen en hij ging verder bij me voelen en daarna ging hij op me liggen en probeerde hij zijn lul in mijn muts te duwen. Ik zei dat het pijn deed en dat ik het niet wilde. Dit was in de slaapkamer van opa en oma.
V: Wat gebeurde er toen?
A: Opa wilde dat ik mijn kleren uit deed en dan deed ik dat, omdat ik bang was dat hij anders boos op me zou worden. Ik trok mijn pyjama en onderbroek dus uit, omdat het van hem moest. Opa deed toen ook zijn kleren uit. We waren dus allebei bloot. Hij ging aan mij voelen, aan mijn muts. Eerst aan de bovenkant van mijn muts en daarna aan de onderkant. Hij wilde vingeren. Dat deed hij vaker en dat deed vaak pijn. Hij ging dan met zijn vinger erin en op en neer. Aan de bovenkant voelde hij met zijn vingertoppen en bewoog dan heen en weer. Hij deed dat met zijn rechterhand. Hij speelde dan met zijn linkerhand met zijn eigen lul. Dat liet hij dan altijd aan me zien. Ik zag dan dat zijn lul groeide.
V: Hoe ging dat dan verder?
A: Hij vroeg me of ik hem zou pijpen en dat deed ik ook. We lagen in het bed. Opa lag op zijn rug en ik zat op mijn knieën aan zijn rechter kant bij zijn bovenbenen. Ik stopte met pijpen en toen kwam opa op me liggen. Toen probeerde hij zijn lul in mijn muts te douwen. Dat deed heel veel pijn.
V: Hoe deed opa dat, proberen zijn lul in je muts te duwen?
A: Hij duwde hem er dan wel een stukje in en ik zei dan dat het pijn deed. Hij zei tegen me: “Het is maar een klein stukje, bijt er maar doorheen.” Dat gebeurde eigenlijk altijd. Ik zei dan dat ik er mee ging stoppen en dan trok opa zijn lul er uit. Dan wilde opa door gaan en zei dat ik terug moest komen liggen. Maar dan zei ik: “nee, dat doet pijn” Ik zei tegen opa dat ik wilde gaan slapen. Ik ben daarna naar mijn kamer gegaan om te gaan slapen. Altijd als het gebeurde deed opa de tv aan zodat [getuige 1] er niets van zou kunnen horen. Die was dan op zijn slaapkamer op zijn Playstation aan het spelen.
(pagina 25)
V: Hoe vaak is het gebeurd dat opa op je kwam liggen en zijn lul in je vagina of muts deed?
A: Misschien wel 10 keer of nog wel meer. Het was altijd op de slaapkamer van opa en oma. Hij kwam altijd met een stukje van zijn lul in mijn muts, nooit helemaal. Dat kwam omdat ik zei dat hij moest stoppen omdat het heel veel pijn deed.
V: We gaan nog even terug naar de keuken, toen oma binnenkwam op 30 november 2021.
A: Ja, opa stond voor me en deed zijn broek naar beneden. Hij zei: “Doe me even lekker pijpen”. Hij was al met zijn eigen lul aan het spelen. Ik zei: “Nee, ik heb daar nu geen zin in. Ik moet zo naar school.” Ik was net klaar met eten en toen kwam oma binnen en zei tegen opa: “Wat ben je aan het doen?”
3. Het proces-verbaal van verhoor d.d. 12 december 2021 (pg. 30-35), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [getuige 1] :
(pagina 31)
V: We hebben begrepen dat jij bij je opa en oma woont, welke opa en oma zijn dat?
A: Dat zijn de ouders van mijn vader, dat zijn [benadeelde partij 2] (
het hof begrijpt: [benadeelde partij 2]) en [verdachte] (
het hof begrijpt: verdachte [verdachte]). [slachtoffer/benadeelde partij] (
het hof begrijpt telkens: [slachtoffer/benadeelde partij]) woont ook bij onze opa en oma.
V: Sinds wanneer wonen jullie daar?
A: Uit mijn hoofd, sinds september 2014.
V: Wat is de officiële status van jouw opa en oma?
A: Mijn verzorgers.
V: Hoe is het zo gekomen dat jullie bij opa en oma wonen?
A: Lang verhaal kort, onze ouders konden niet voor ons zorgen.
(pagina 32)
V: Jij hebt zelf ook wat gezien. Aan wie heb jij dat verteld?
A: De avond dat oma mij vertelde dat ze opa uit huis had gezet heb ik het haar verteld.
V: Kun je ons eens alles vertellen over wat jij die keer hebt gezien?
A: Ik mocht 's nachts op mijn PlayStation van opa. Ik ging opa vertellen dat ik ging slapen dus ik liep mijn kamer uit naar de kamer van opa en oma toe. Ik deed de deur open en zag toen [slachtoffer/benadeelde partij] (
het hof begrijpt: [slachtoffer/benadeelde partij]) naakt op bed liggen en opa naakt erbij staan alsof hij zijn pik erin wilde steken.
V: Wat deed dat met jou?
A: Ik ben snel terug naar mijn eigen kamer gelopen in de hoop dat het niet waar zou zijn. Ik ben gaan slapen in de hoop dat ik dit me niet meer zou herinneren maar dat is niet gebeurd, ik herinner het me nog als de dag van gisteren.
(pagina 33)
A: Lang geleden, het was nog voordat oma stopte met werken, dat was 5 maanden geleden. Dus het zal 8 à 10 maanden geleden zijn. Het was wel in dit jaar.
V: Hoe laat was het?
A: Het was tussen 23:00 en 24:00 uur. Oma ging altijd rond 22:30 uur weg naar haar
werk.
V: Jij loopt je kamer uit, wat zie je dan?
A: De slaapkamerdeur van opa stond op een kiertje. Ik deed de deur toen open. Ik kon opa en [slachtoffer/benadeelde partij] goed zien. Het grote licht op de slaapkamer van opa was aan. Ik zag toen [slachtoffer/benadeelde partij] helemaal naakt op het bed van opa liggen. [slachtoffer/benadeelde partij] lag aan opa's kant in de breedte over het bed. Haar hoofd lag op het deel van oma's bed.
A: [slachtoffer/benadeelde partij] lag met haar kont op het randje van het bed, haar benen staken daar voorbij. Opa stond daar ongeveer een halve meter vandaan. Ik zag dat [slachtoffer/benadeelde partij] op haar rug lag met haar beden wijd en omhoog op het bed lag. Haar benen waren niet helemaal omhoog maar tot halverwege, ze deed dit zelf.
V: Waar stond opa?
A: Opa stond aan zijn kant naast het bed. Hij stond recht voor [slachtoffer/benadeelde partij] . Hij stond voor [slachtoffer/benadeelde partij] met zijn gezicht naar haar toe. Opa had toen geen kleding aan. Hij droeg niks. Hij stond voor [slachtoffer/benadeelde partij] , hij keek naar haar. Ik zag alleen dat hij naakt was.
V: Wat voor situatie zag jij daar?
A: Ik dacht dat ze seks hadden.
4. Het proces-verbaal van verhoor d.d. 11 december 2021 (pg. 36-40), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [benadeelde partij 2] :
(pagina 37)
V: Uw kleinkinderen staan bij ingeschreven. Hoe komt dat?
A: Mijn zoon kon niet meer voor ze zorgen vanwege problemen. Mijn zoon drinkt. Via Jeugdzorg zijn ze toen bij ons gekomen. Daarna zijn ze weer even terug geweest naar hun ouders, maar de kinderen vonden het bij ons wel goed. Later zijn de kinderen officieel bij ons in komen wonen in overleg met Jeugdzorg. Wij hebben nu nog steeds begeleiding voor hun via Juzt.
V: Vanaf wanneer zijn uw kleinkinderen bij u komen wonen?
A: Al 7 jaar ondertussen. Hun vader en moeder zijn nu ca 2 à 3 jaar uit elkaar. Met
hun moeder hebben ze geen contact meer. Met hun vader wel.
Mijn kleinkinderen zijn [getuige 1] (
het hof begrijpt: [getuige 1]) van 16 jaar oud en [slachtoffer/benadeelde partij] van 13 jaar oud (
het hof begrijpt: [slachtoffer/benadeelde partij] ).
V: U bent hier om een verklaring af te leggen over het voorval tussen opa (
het hof begrijpt: de verdachte) en [slachtoffer/benadeelde partij] .
A: 29 november 2021 (
het hof begrijpt: 30 november 2021) in de ochtend lag ik op bed en ik had een onderbuikgevoel. Ik ben toen op mijn sokken naar beneden gelopen. Ik keek door het glas in de deur in de gang en ik zag [verdachte] (
het hof begrijpt telkens: de verdachte) in de keuken staan voor een stoel. Dat was ongeveer 5 meter bij mij vandaan. Het was een rare houding. Ik dacht dat hij moest pissen. Later zag ik dat in die stoel waar hij voor stond [slachtoffer/benadeelde partij] zat. Hij stond heel dicht op de stoel en dat hij met zijn onderbuik en zijn kont naar voren stond, alsof hij stond te pissen. Ik bleef even kijken en deed toen de deur open. Ik vroeg wat er gaande was en [verdachte] schrok.
(pagina 38)
Ik zag toen dat [slachtoffer/benadeelde partij] in die stoel zat waar [verdachte] voor stond en een beetje afwerende beweging met haar handen maakte en naar achteren leunde. Ik zag toen een puntje in zijn broek zitten. Ik denk dat het zijn pik was. Ik denk dat hij een stijve pik had, zo zag het eruit.
De volgende dag ging ik samen met [slachtoffer/benadeelde partij] het bed opmaken. Ik vroeg haar toen naar wat er gisteren tussen haar en [verdachte] was gebeurd. Zij zei toen dat opa een plastiekje (
het hof begrijpt: plasticje)in de prullenbak moest gooien. Ik vroeg aan [slachtoffer/benadeelde partij] of ze dat moest zeggen van opa. [slachtoffer/benadeelde partij] werd rood en keek mij niet aan. [slachtoffer/benadeelde partij] zei toen van ja. Daarna zei ik toen tegen [slachtoffer/benadeelde partij] dat ik dacht dat [verdachte] zijn pik aan haar had laten zien. Toen begon ze te huilen. Ze zei toen dat dat waar was en dat ze het niet wilde. Ik vroeg of hij vaker zijn pik had laten zien en of hij haar vanonder aan haar muts had aangeraakt en of hij haar pijn had gedaan. Ik heb ook aan haar gevraagd of ze het ook wel eens fijn vond. Zij zei toen dat ze het ook wel eens fijn voelt. Zij zei toen ook dat [verdachte] had geprobeerd zijn vinger in haar muts te stoppen maar dat dat pijn deed en dat hij toen stopte. Ik bedoel met muts haar vagina.
A: Hierna heb ik [verdachte] hiermee geconfronteerd. Hij gaf toen toe dat hij 1, of hooguit 2 keer aan haar muts had gezeten. Hij vertelde dat hij maar een klein stukje met zijn vinger in haar vagina was geweest. [slachtoffer/benadeelde partij] was daar bij, zij stond in de deuropening en zij zei tegen [verdachte] dat zij niet meer kon zwijgen. Zij huilde daarbij en zei ook tegen [verdachte] dat het vaker gebeurd was.
(pagina 39)
V: Wat heeft u nog met [getuige 1] besproken over dit gebeuren?
(pagina 40)
A: Ik heb verteld dat opa het huis uit gestuurd was vanwege wat er met [slachtoffer/benadeelde partij] gebeurd was. [getuige 1] vertelde toen tegen mij dat zijn gevoel dan toch juist was. Hij vertelde toen dat hij een keer de deur moest dichtdoen toen hij film keek. Toen hij klaar was met film kijken wilde [getuige 1] tegen opa zeggen dat hij ging slapen. Hij zag toen op de kamer van opa dat opa boven op [slachtoffer/benadeelde partij] lag, tenminste dat dacht hij.
5. Het proces-verbaal van verhoor d.d. 4 januari 2022 (pg. 63-71), voor zover inhoudende als verklaring van verdachte:
(pagina 65)
V: Met wie woont u op [adres 2] ?
A: Met mijn vrouw (
het hof begrijpt: [benadeelde partij 2]) en [slachtoffer/benadeelde partij] (
het hof begrijpt: [slachtoffer/benadeelde partij]) en [getuige 1] (
het hof begrijpt: [getuige 1]), mijn kleinkinderen.
V: Ook uw kleinkinderen [getuige 1] en [slachtoffer/benadeelde partij] wonen bij u. Waarom is dat zo?
A: Mijn zoon woonde anti-kraak. Daar moesten ze uit. Toen is hij bij mij ingekomen. Er was geen andere oplossing. Ik had al een paar keer voor werk gezorgd, voor mijn schoondochter. Ze moest op dag een beginnen, en toen had ze zich al verslapen. Ze was te lui en hadden te veel schulden. Mijn zoon is gaan drinken en toen zijn ze op een camping Fort Oranje in Rijsbergen terecht gekomen. Toen hebben wij de kinderen via Jeugdzorg in huis genomen. Dit is inmiddels zeven jaar geleden.
V: Hoe gaat dat met opvoeden?
A: We deden dat alle twee.
(pagina 67)
V: U zegt dat u het niet had moeten doen. Wat heeft u gedaan?
A: Wij (
het hof begrijpt: de verdachte en [slachtoffer/benadeelde partij]) deden altijd veel kroelen. Als mijn vrouw ging werken stuurde ik de kinderen wel eens naar boven. Op een gegeven moment pakte ik haar vast. En pakte ik ook bij haar borstjes. Ik vroeg of ze dit lekker vond. “Ja” zei ze. Op een gegeven moment kwam ze mijn slaapkamer op. Ik zei: “Wat kom je doen?” “Lekker bij jou liggen”. Ze kroop onder het dekbed. Ik ging verder met film kijken. Ik legde mijn hand over haar heen. Ze pakte mijn hand en legde die over haar borsten. Als mijn vrouw moest werken op vrijdag, kwam ze weer bij mij op de kamer. Ik heb haar toen over haar bil geruist.
V: Wanneer was de allereerste keer dat u haar aan haar borstjes aanraakte?
A: In juni vorig jaar.
(pagina 68)
Ik heb haar ook twee of drie keer aan haar borstjes gevoeld terwijl ze op haar kamer stond. We waren wel bang om betrapt te worden. De enige die het had kunnen zien was [getuige 1] , omdat hij ook thuis was.
V: Hoe kon het gebeuren?
A: Ze was 13 jaar. Daarvoor knuffelden we en daarbij kwam het weleens voor dat ik haar dan aanraakte. Ik raakte haar weleens aan haar borstjes. Ze had toen nog bijna niks. Op een gegeven moment schoten ze als een raket naar voren, ze ontwikkelde. Ik denk dat het daardoor kwam. We deden ook elkaar kussen.
(pagina 69)
A: Ze vroeg of ze er een kusje op moest geven, op mijn piemel. Dat hebben we toen gedaan. Ik ook bij haar op haar vagina.
V: [slachtoffer/benadeelde partij] verklaarde dat het is begonnen in de keuken van de woning van opa en oma. Eerst voelde u over haar kleren aan, beneden. Ze noemt het mijn muts. Later voelde u ook aan haar muts, haar vagina, onder haar kleren. U ging met uw handen in haar broek en deed haar onderbroek daarbij opzij. U ging dan met uw vinger over haar muts.
A: Het gebeurde boven. Toen ze zich stond uit te kleden, toen heb ik haar over haar borstjes gewreven. Later heb ik met mijn volle hand over haar muts gewreven. Een paar weken later heb ik een klein stukje pink in haar vagina gedaan.
V: [slachtoffer/benadeelde partij] verklaarde ook dat u tegen haar heeft gezegd dat ze er met niemand over mocht praten omdat u dan naar de gevangenis zou moeten. Vertel eens?
A: Ik heb gezegd dat we ermee moesten stoppen omdat wanneer we gesnapt zou worden, opa het celletje in zou moeten.
6. Het proces-verbaal van de in deze zaak gehouden terechtzitting in hoger beroep op 3 april 2024, voor zover inhoudende als verklaring van de verdachte:
Ik heb zes à zeven keer aan de borsten van [slachtoffer/benadeelde partij] (
het hof begrijpt: [slachtoffer/benadeelde partij]) gezeten. Ik heb de vagina van [slachtoffer/benadeelde partij] gekust en zij heeft mijn penis gekust. Ik ruiste van boven naar beneden over haar bil. Ik kwam met mijn vinger tussen haar schaamlippen.
Parketnummer 02-079930-22
1. Het geschrift, inhoudende een gedragsaanwijzing ter beëindiging van ernstige overlast d.d. 11 januari 2022 (pg. 90-91), voor zover inhoudende:
(pagina 90)
De officier van justitie in het arrondissement Zeeland West Brabant gezien het
proces-verbaal van de politie Zeeland West Brabant d.d. 04-01-2022, proces-verbaal nummer 2021321629
Overwegende dat tegen de verdachte
Parketnummer: 02.007920.22
Vooma(a)m(en): [verdachte]
Achternaam: [verdachte]
Geboortedatum en plaats: [geboortedatum] te [geboorteplaats]
Adres en woonplaats: [adres 2]
verdacht van art. 249 lid 1 Wetboek van Strafrecht
ernstige bezwaren bestaan ter zake één of meer strafbare feiten
(X) waardoor de openbare orde gelet op de aard van het strafbare feit of de samenhang met andere strafbare feiten, dan wel de wijze waarop het strafbare feit is gepleegd, ernstig is verstoord en/of waarbij de grote vrees voor herhaling bestaat dan wel
(X) in verband waarmee vrees bestaat voor ernstig belastend gedrag van de verdachte jegens een persoon of personen,
hetgeen onder andere blijkt uit
(X) het proces-verbaal van politie o.a. inhoudende
- een aangifte van [getuige 2]
- een (getuigen)verklaring van [slachtoffer/benadeelde partij] en [benadeelde partij 2] en [getuige 1]
- het proces-verbaal van bevindingen van Veilig thuis, 2021321629-14
gezien: art. 509hh Wetboek van Strafvordering en (de) het artikel(en) 249 Wetboek van Strafrecht
beveelt de verdachte
(X) zich niet op te houden/te verblijven in de woning gelegen aan [adres 2] en zich tevens niet op te houden in [adres 2]
(X) zich te onthouden van contact met de volgende perso(o)n(en):
- [slachtoffer/benadeelde partij] ( [geboortedatum slachtoffer] )
Bepaalt dat zulks met zich brengt dat verdachte noch direct (zelf), noch indirect (middels anderen) op enigerlei wijze contact (niet middels telefoon, niet middels internet, niet via enig ander communicatiemiddel, noch middels direct persoonlijk contact, noch middels schriftelijke middelen) zal hebben met bovengenoemde perso(o)n(en).
(pagina 91)
De gedragsaanwijzing gaat in met ingang vanaf heden en blijft van kracht voor een periode van 90 dagen t/m 10 april 2022.
Opgemaakt en blijkens bijgevoegde akte uitgereikt aan verdachte op 11 januari 2022.
De officier van justitie,
Mr. [officier van justitie 1]
2. Het geschrift, inhoudende een ondertekende akte uitreiking van de gedragsaanwijzing ter beëindiging van ernstige overlast d.d. 12 januari 2022 (pg. 92), voor zover inhoudende:
Van de gedragsaanwijzing, gevoegd in het dossier met procesdossiernummer 2021321629
parketnummer 02.007920.22 en bestemd voor:
Naam: [verdachte]
Voornamen: [verdachte]
Geboren: [geboortedatum] te [geboorteplaats]
wonende te: [adres 2]
De hierboven bedoelde brief heb ik, ondergetekende:
heden, 12-1-2022,
te 10:00 uur,
te [adres 3] ,
uitgereikt aan de geadresseerde in persoon.
Handtekening voor ontvangst.
3. Het geschrift, inhoudende een gedragsaanwijzing ter beëindiging van ernstige overlast d.d. 31 januari 2022 (pg. 126-127), voor zover inhoudende:
(pagina 126)
Wijziging op de gedragsaanwijzing uitgereikt op 12 januari 2022 aan
ondergenoemde verdachte: welke wijziging is onderstreept en ingaat op de dag van
de uitreiking en geldt overeenkomstig de eerder uitgereikte gedragsaanwijzing tot
en met 10 april 2022.
De officier van justitie in het arrondissement Zeeland-West-Brabant gezien het proces-verbaal van de politie Zeeland-West-Brabant d.d. 04-01-2022, proces-verbaal nummer 2021321629
Overwegende dat tegen de verdachte
Parketnummer: 02.007920.22
Vooma(a)m(en): [verdachte]
Achternaam: [verdachte]
Geboortedatum en plaats: [geboortedatum] 1959 te [geboorteplaats]
Adres en woonplaats: [adres 2]
verdacht van art. 249 lid 1 Wetboek van Strafrecht
ernstige bezwaren bestaan ter zake één of meer strafbare feiten
(X) waardoor de openbare orde gelet op de aard van het strafbare feit of de samenhang met andere strafbare feiten, dan wel de wijze waarop het strafbare feit is gepleegd, ernstig is verstoord en/of waarbij de grote vrees voor herhaling bestaat dan wel
(X) in verband waarmee vrees bestaat voor ernstig belastend gedrag van de verdachte jegens een persoon of personen,
hetgeen onder andere blijkt uit
(X) het proces-verbaal van politie o.a. inhoudende
- een aangifte van [getuige 2]
- een (getuigen)verklaring van [slachtoffer/benadeelde partij] en [benadeelde partij 2] en [getuige 1]
- het proces-verbaal van bevindingen van Veilig thuis, 2021321629-14
gezien: art. 509hh Wetboek van Strafvordering en (de) het artikel(en) 249 Wetboek van Strafrecht
beveelt de verdachte
(X) zich niet op te houden/te verblijven in de woning gelegen aan [adres 2]
en zich tevens niet op te houden in [adres 2] en zich niet op te houden/zich te bevinden in een straal van 100 meter van de woning en perceel van [adres 2]
(X) zich te onthouden van contact met de volgende perso(o)n(en):
- [slachtoffer/benadeelde partij] ( [geboortedatum slachtoffer] )
(pagina 127)
Bepaalt dat zulks met zich brengt dat verdachte noch direct (zelf), noch indirect (middels anderen) op enigerlei wijze contact (niet middels telefoon, niet middels internet, niet via enig ander communicatiemiddel, noch middels direct persoonlijk contact, noch middels schriftelijke middelen) zal hebben met bovengenoemde perso(o)n(en).
De (gewijzigde) gedragsaanwijzing gaat in met ingang vanaf heden en blijft van kracht voor een periode van 90 dagen t/m 10 april 2022.
Opgemaakt en blijkens bijgevoegde akte uitgereikt aan verdachte op of omstreeks 31 januari 2022.
De officier van justitie,
Mr. [officier van justitie 2] .
4. Het geschrift, inhoudende een ondertekende akte uitreiking van de gedragsaanwijzing ter beëindiging van ernstige overlast d.d. 12 januari 2022 (pg. 128), voor zover inhoudende:
Van de gedragsaanwijzing, gevoegd in het dossier met procesdossiernummer 2021321629
parketnummer 02.007920.22 en bestemd voor:
Naam: [verdachte]
Voornamen: [verdachte]
Geboren: [geboortedatum] te [geboorteplaats]
wonende te: [adres 2]
De hierboven bedoelde brief heb ik, ondergetekende:
heden, 01-02-2022,
te 13.19 uur,
te [adres 4] ,
uitgereikt aan de geadresseerde in persoon.
Handtekening voor ontvangst.
5. Het proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 22 maart 2022 (pg. 129-130), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [getuige 2] :
(pagina 130)
Op 18 maart 2022, omstreeks 21.00 uur, zag ik dat mijn vader (
het hof begrijpt: de verdachte), in zijn auto door [adres 2] was gereden. Dit hadden mijn neefje en nichtje ook gezien. Hierbij heeft hij het verbod overtreden dat hij niet binnen 100 meter in de buurt van de woning mag komen. Zijn auto parkeert hij ook korter dan 100 meter van de woning vandaan. Mijn vader rijdt in een Dacia Duster, voorzien van kenteken [kenteken] .
6. Het proces-verbaal van verhoor d.d. 30 maart 2022 (pg. 142-143), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [getuige 1] :
(pagina 143)
Ongeveer twee weken geleden van dit jaar. Ik weet niet exact wanneer toen kwam ‘die ouwe’ de straat in rijden. Daar bedoel ik [verdachte] (
het hof begrijpt: de verdachte) mee. U vraagt mij welke straat ik bedoel. Ik bedoel daarmee [adres 2] . Ik was samen met [slachtoffer/benadeelde partij] (
het hof begrijpt: [slachtoffer/benadeelde partij]), wij liepen op dat moment op [adres 2] . Dit was ter hoogte van onze woning op huisnummer [huisnummer] . Wij liepen richting de [adres 5] . Ik bedenk me nu ineens dat het volgens mij vrijdag twee weken geleden is geweest maar het kan ook drie weken geleden zijn. Het moet dan op 18 of 11 maart 2022 zijn geweest. Het was ongeveer 21:00 uur. Op dat moment kwam ‘die ouwe’ met zijn auto voorbijgereden. Ik hoorde het geluid van een auto. Ik draaide me om en zag de auto van ‘die ouwe’. Hij rijdt in een zwart kleurige Dacia Duster. Ik zag dat hij ook als bestuurder in de auto zat.
Op 25 maart 2022, omstreeks 08:00 uur, fietste ik met [slachtoffer/benadeelde partij] bij de kruising van de Kruisstraat en de Kruislandseweg in Oud-Gastel. En weer stond ‘die ouwe’ bij het verkeerslicht. En weer zag ik dat hij voorbij reed en lachte en zwaaide. Ook nu claxonneerde hij met de toeter van zijn auto. Ik krijg het idee dat hij ons opzoekt en door blijft etteren. Ik bedoel hiermee dat hij dan lacht, zwaait, claxonneert en soms ook zijn middelvinger opsteekt.
7. Het proces-verbaal van verhoor van getuige d.d. 30 maart 2022 (pg. 145-147), voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer/benadeelde partij] :
(pagina 145)
Achternaam: [slachtoffer/benadeelde partij]
Voornamen: [slachtoffer/benadeelde partij]
Geboortedatum: [geboortedatum slachtoffer]
(pagina 146)
Op 25 maart 2022, omstreeks 08.00 à 08.15 uur fietste ik samen met [getuige 1] (
het hof begrijpt: [getuige 1]) over het fietspad aan de Oude Steenstraat ter hoogte van de Vierschaerstraat in Oud-Gastel. We waren onderweg naar school. Ik hoorde toen vanuit de richting Oud-Gastel een auto naderen en hoorde dat er vanuit die auto geclaxonneerd werd. Dit wekte mijn aandacht en daarom keek ik die kant. Ik zag toen dat het dezelfde auto betrof van mijn opa (
het hof begrijpt: de verdachte), de Dacia Duster en zag dat mij (
het hof begrijpt: hij) als bestuurder in de auto zat. Ik zag vervolgens dat mijn opa onze kant opkeek en richting ons lachte. Ik zag ook dat hij in het voorbijgaan naar ons zwaaide, ik dacht met zijn linkerhand.
Op 18 maart 2022 omstreeks 21.10 uur liep ik samen met mijn broer [getuige 1] over [adres 2] . Wij liepen op dat moment over het trottoir aan de gezien onze looprichting rechterzijde. Ik zag toen dat in [adres 2] een auto kwam gereden. Ik zag dat het hier een zwarte Dacia Duster, voorzien van het kenteken [kenteken] betrof, de auto van mijn opa. Ik herkende de bestuurder als zijnde mijn opa. Mijn opa woont in een duivenlokaal in de straat achter [adres 2] , de Oudendijk. Zijn auto parkeert hij binnen een straal van 100 meter van onze woning, wat formeel niet mag. Ik zie zijn auto daar regelmatig staan en in enkele gevallen heb ik mijn opa ook naar zijn opa (
het hof begrijpt: zijn auto) zien lopen. Dit was op moment dat ik via de achterzijde van de woning bij de poort was om naar school te gaan.
8. Het proces-verbaal van de in deze zaak gehouden terechtzitting in hoger beroep op 3 april 2024, voor zover inhoudende als verklaring van de verdachte:
Op 25 maart 2022 heb ik [getuige 1] (
het hof begrijpt: [getuige 1]) en [slachtoffer/benadeelde partij] (
het hof begrijpt: [slachtoffer/benadeelde partij]) zien fietsen. Ik heb getoeterd en ik deed twee van mijn vingers naar mijn gezicht. Ik gaf aan dat zij moesten opletten.