Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
[rechthebbende], wonende te [woonplaats] (hierna te noemen: de rechthebbende/ [rechthebbende] );
Stichting [stichting] ,gevestigd te [vestigingsplaats] (hierna te noemen: Stichting [stichting] );
[bewindvoerder], wonende te [woonplaats] (hierna te noemen: de bewindvoerder), advocaat: mr. S. Meeuwsen;
[broer 2], wonende te [woonplaats] (hierna te noemen: broer van de rechthebbende ( [broer 2] ));
[zus], wonende te [woonplaats] (hierna te noemen: zus van de rechthebbende ( [zus] )).
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- [broer 1] , bijgestaan door mr. Linsen-Penning de Vries;
- de bewindvoerder, bijgestaan door mr. Meeuwsen;
- mevrouw [zorgtrajectbegeleidster] , namens Stichting [stichting] .
- de stukken van de eerste aanleg (bereidverklaring van de bewindvoerder, de brief van de bewindvoerder d.d. 3 februari 2022 gericht aan de kantonrechter);
- het V6-formulier met bijlagen van de advocaat van [broer 1] d.d. 20 januari 2023.
3.De beoordeling
.