3.1.Het hof gaat uit van de feiten die door de kantonrechter onder 3.1 in het bestreden vonnis zijn vastgesteld en die in hoger beroep niet in geschil zijn.
a. Alwel is een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 19 van de Woningwet en is als zodanig verplicht te zorgen voor een rechtvaardige verdeling van sociale huurwoningen.
b. Voor het aanbieden en toewijzen van haar sociale huurwoningen bedient Alwel zich van het woonruimtebemiddelingssysteem ‘Klik voor Wonen’, dat een samenwerkingsverband betreft tussen verschillende woningcorporaties in de regio.
c. Voor het kunnen reageren op aangeboden sociale huurwoningen is een inschrijving bij ‘Klik voor Wonen’ nodig.
d. [appellant] heeft zich op 7 december 2013 bij Klik voor Wonen ingeschreven.
e. Op 23 februari 2016 is in Klik voor Wonen de datum van inschrijving van [appellanten] gewijzigd van 7 december 2013 naar 5 september 2008.
f. [appellanten] hebben in augustus 2016 via Klik voor Wonen hun interesse kenbaar gemaakt voor de huurwoning van Alwel aan de [adres] te [plaats] (hierna: de woning).
g. Alwel heeft de woning aan [appellanten] toegewezen.
h. Met ingang van 19 september 2016 is er een huurovereenkomst tussen partijen tot stand gekomen met betrekking tot de woning. De huurprijs bedraagt laatstelijk € 776,19 per maand.
i. In januari 2019 is na intern onderzoek gebleken dat de inschrijfdatum van een aantal woningzoekenden in Klik voor Wonen is aangepast door een (inmiddels voormalig) medewerker van één van de woningcorporaties die zijn aangesloten bij Klik voor Wonen.
j. Bij brief van 8 mei 2019 heeft Alwel [appellanten] geschreven dat hun inschrijfduur in Klik voor Wonen ten onrechte is verlengd en de woning daarom onterecht aan hen is toegewezen. Alwel heeft de huurovereenkomst opgezegd tegen 8 oktober 2019 en heeft [appellanten] in de gelegenheid gesteld om daarmee akkoord te gaan, bij gebreke waarvan Alwel in rechte ontbinding van de huurovereenkomst de huurovereenkomst en ontruiming zal vorderen.
k. Bij brief van 19 juni 2019 heeft Alwel [appellanten] opnieuw in de gelegenheid gesteld om in te stemmen met een beëindiging van de overeenkomst en ontruiming van het gehuurde. Alwel schrijft dat bij het uitblijven van de instemming zij de huurovereenkomst buitengerechtelijk zal vernietigen.
l. De gemachtigde van [appellanten] heeft bij e-mail van diezelfde dag aan Alwel te kennen gegeven dat [appellanten] de huurovereenkomst niet zelf zal opzeggen.
m. Alwel heeft de gemachtigde van [appellanten] vervolgens bij brief van 21 juni 2019 bericht dat zij een gerechtelijke procedure gaat starten.
n. Bij brief van 28 februari 2020 is [appellanten] een laatste gelegenheid gegeven om de huurovereenkomst zelf op te zeggen ter voorkoming van een gerechtelijke procedure.
o. [appellanten] zijn hiertoe niet bereid gebleken.
De procedure bij de kantonrechter