ECLI:NL:GHSHE:2023:765
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van noodweer(exces) en voorlopige hechtenis in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 2 maart 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank, waarbij de gevangenhouding van de verdachte werd bevolen en het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis werd afgewezen. De verdachte wordt verweten poging doodslag te hebben gepleegd door in een café meerdere mensen met een mes te steken, wat heeft geleid tot ernstige verwondingen. Het hof heeft de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman, gehoord en het dossier bestudeerd. Het hof concludeert dat er voldoende ernstige bezwaren zijn tegen de verdachte, onder andere gebaseerd op zijn bekennende verklaring, die wordt ondersteund door andere bewijsstukken in het dossier.
Het hof overweegt dat de vraag of er sprake is van noodweer of noodweerexces in beginsel voorbehouden is aan de rechter die de inhoudelijke zaak behandelt. In de raadkamer is de ruimte voor een dergelijke afweging beperkt. Het hof stelt vast dat er geen evidente noodweersituatie is en dat de rechter in raadkamer niet de betrouwbaarheid van de verklaringen van getuigen kan onderzoeken. Daarom is er vooralsnog geen sprake van een situatie als bedoeld in artikel 67a lid 3 van het Wetboek van Strafvordering, wat betekent dat de voorlopige hechtenis gerechtvaardigd blijft.
Het hof wijst het hoger beroep af en bevestigt de beschikking van de rechtbank. Ook het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis wordt afgewezen, omdat er geen bijzondere omstandigheden zijn aangevoerd die het belang van de samenleving bij voortzetting van de voorlopige hechtenis zouden doen wijken voor het persoonlijk belang van de verdachte. De beslissing van het hof is genomen in het belang van de rechtsorde en om maatschappelijke onrust te voorkomen.