ECLI:NL:GHSHE:2023:76
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel en verbetering uitspraak rechtbank
Op 10 januari 2023 heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, van 19 juni 2020. In deze zaak ging het om de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, waarbij het bedrag werd vastgesteld op € 90.631,78. De betrokkene had hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak. Tijdens de zitting heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof de eerdere uitspraak zou bevestigen, terwijl de verdediging verzocht om niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in de vordering tot ontneming, of in ieder geval om een aanzienlijke matiging van het bedrag, mede vanwege het tijdsverloop.
Het hof heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd, maar heeft wel twee omissies in die uitspraak verbeterd. De eerste omissie betrof een foutieve datum van een vonnis, dat in werkelijkheid op 19 juni 2020 was gewezen en niet op 5 juni 2020. De tweede omissie had betrekking op een onjuiste vermelding van de opbrengst per plant in de kweekruimte, die gecorrigeerd werd van 39,3 gram naar 30 gram. Deze correcties hadden echter geen invloed op de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel.
Het hof heeft ook overwogen dat er geen aanleiding was om het te betalen bedrag te matigen, omdat niet aannemelijk was dat de betrokkene niet in staat zou zijn aan zijn betalingsverplichting te voldoen. Het hof heeft erkend dat het recht op een openbare behandeling binnen een redelijke termijn was geschonden, maar heeft besloten hier geen verdere gevolgen aan te verbinden. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer voor strafzaken, onder leiding van voorzitter mr. A.C. Bosch, en is op 10 januari 2023 ter openbare terechtzitting uitgesproken.