3.1.In dit hoger beroep kan worden uitgegaan van de volgende feiten.
[de werkgever] is in 2000 opgericht als familiebedrijf. [de werkgever] legt zich in de kern toe op het inwendig en uitwendig reinigen van onder meer tankwagens, tankcontainers en opleggers. De heer [bestuurder] is bestuurder van [de werkgever] .
[de werknemer] , geboren op [geboortedatum] 1999, is op 4 maart 2019 bij [de werkgever] in dienst getreden in de functie van baliemedewerkster tegen een salaris van laatstelijk € 1.872,00 bruto per maand, exclusief vakantiebijslag, op basis van 0,9 fte.
[de werknemer] verrichtte haar werkzaamheden voor [BV] BV, hierna te noemen [BV] . De heer [leidinggevende] , zoon van voormelde [bestuurder] , is haar leidinggevende geweest en is bestuurder van deze vennootschap.
Op 12 maart 2021 heeft [de werknemer] zich ziek gemeld.
Bij brief van 22 april 2021 heeft mr. [mr.] namens [de werknemer] [BV] aansprakelijkheid gesteld voor de schade die [de werknemer] heeft geleden als gevolg van het schenden van de zorgplicht ex artikel 7:658 lid 1 BW.
[de werknemer] is verschillende keren door de bedrijfsarts gezien. Op zijn advies zijn gesprekken tussen partijen gevoerd, waarvoor de werkgever de heer [betrokkene] had ingeschakeld. Toen dit geen oplossing bracht, is gepoogd om een mediationtraject te gaan volgen maar deze poging is eveneens gestrand.
De procedure in eerste aanleg
3.2.1.In de onderhavige procedure heeft [de werkgever] de kantonrechter bij verzoekschrift van 1 februari 2022 verzocht de tussen haar en [de werknemer] bestaande arbeidsovereenkomst te ontbinden op grond van een verstoorde arbeidsverhouding (artikel 7:671b lid 1, onderdeel a, in verbinding met artikel 7:669 lid 3, onderdeel g BW).
3.2.2.[de werknemer] heeft erkend dat er sprake was van een verstoorde arbeidsverhouding. Zij heeft de kantonrechter eveneens verzocht om de arbeidsovereenkomst te ontbinden.
3.2.3.[de werknemer] heeft zelfstandige tegenverzoeken ingediend, inhoudende verzoeken om, kort samengevat, toekenning van een transitievergoeding, smartengeld (matig tot ernstig letsel), bijbetaling van het loon van 70% naar 100%, toekenning van een billijke vergoeding en vergoeding van kosten in verband met arbeidsongeschiktheid.
3.2.4.[de werkgever] heeft hiertegen gemotiveerd verweer gevoerd.