ECLI:NL:GHSHE:2023:4391

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
24 februari 2023
Publicatiedatum
6 maart 2024
Zaaknummer
20-002475-22
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens gebrek aan grieven

In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 24 februari 2023 uitspraak gedaan in het hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg, gedateerd 21 oktober 2022. De verdachte, geboren in 1992, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis, maar had geen schriftelijke grieven ingediend en ook geen mondelinge bezwaren geuit, noch via een gemachtigd advocaat. Dit leidde tot de vraag of het hoger beroep ontvankelijk was.

Het hof heeft het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep verricht en kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die verzocht om de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep. Het hof heeft geoordeeld dat het hoger beroep niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, omdat de verdachte niet aan de vereisten voor het indienen van grieven heeft voldaan. Het hof was van mening dat er geen aanleiding was om de strafzaak verder te onderzoeken, ondanks het ontbreken van grieven.

De beslissing van het hof was dus dat het door de verdachte ingestelde hoger beroep niet-ontvankelijk werd verklaard. Deze uitspraak is gedaan door de meervoudige kamer voor strafzaken en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffiers.

Uitspraak

Parketnummer : 20-002475-22
Uitspraak : 24 februari 2023
VERSTEK (raadsman niet gemachtigd)

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof

's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg van 21 oktober 2022, parketnummer 03-184849-22 en de van dat vonnis deel uitmakende beslissing op de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke straf, parketnummer 21-002280-19, in de strafzaak tegen:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1992,
wonende te [adres].
Hoger beroep
Van de zijde van de verdachte is tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof de verdachte niet-ontvankelijk zal verklaren in het hoger beroep.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
Het hof is van oordeel dat het door verdachte ingestelde hoger beroep niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, nu verdachte geen schriftuur houdende grieven heeft ingediend noch mondeling (of via een gemachtigd advocaat) bezwaren tegen het vonnis heeft opgegeven en het hof niet van oordeel is dat de strafzaak desalniettemin onderzocht dient te worden.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart het door de verdachte ingestelde hoger beroep niet-ontvankelijk.
Aldus gewezen door:
mr. A.R. Hartmann, voorzitter, mr. F. van Es en mr. A.C. van der Schans, raadsheren,
in tegenwoordigheid van M.J.M. van de Pol en T.A.H. van der Wijst, griffiers,
en op 24 februari 2023 ter openbare terechtzitting uitgesproken.