Uitspraak
hierna te noemen: de bewindvoerder;
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 14 december 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek tot partneralimentatie. De man, verzoeker in hoger beroep, was het niet eens met de beschikking van de rechtbank Limburg, waarin was bepaald dat hij vanaf 1 augustus 2022 een partneralimentatie van € 250,- per maand moest betalen aan de vrouw. De man stelde dat de rechtbank ten onrechte had geoordeeld dat de vrouw behoefte had aan deze alimentatie, aangezien zij fulltime werkte en in haar eigen levensonderhoud kon voorzien. De bewindvoerder van de vrouw had de behoefte aan alimentatie geschat op € 250,- maar had deze schatting niet onderbouwd met financiële gegevens van de man of de vrouw.
Tijdens de mondelinge behandeling op 8 november 2023 is de man bijgestaan door zijn advocaat, mr. R.P.H.W. Haas, en de bewindvoerder was vertegenwoordigd door mr. M.C.L.G.J. Ruyters-Stevens. De vrouw was ook aanwezig. Het hof heeft vastgesteld dat de bewindvoerder niet voldoende bewijs heeft geleverd voor de huwelijksgerelateerde en aanvullende behoefte van de vrouw. Het hof oordeelde dat de bewindvoerder had nagelaten om relevante financiële gegevens te verstrekken, waardoor het hof niet kon vaststellen of er behoefte was aan een bijdrage van de man in het levensonderhoud van de vrouw.
Op basis van deze overwegingen heeft het hof de bestreden beschikking van de rechtbank vernietigd en het verzoek van de bewindvoerder tot vaststelling van partneralimentatie afgewezen. De proceskosten in hoger beroep werden gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten draagt. Deze uitspraak benadrukt het belang van een goede onderbouwing van de behoefte aan alimentatie in dergelijke zaken.