Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
‘s-Hertogenbosch
[verdachte] ,
- ‘medeplegen aan opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod’ (feit 1 primair);
- ‘medeplichtigheid aan diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder haar bereik heeft gebracht door middel van verbreking’ (feit 2 subsidiair);
- ‘medeplegen aan handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie’ (feit 3);
- ‘medeplegen aan opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod’ (feit 4);
- ‘wederspannigheid met lichamelijk letsel als gevolg’ (feit 5),
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
60 (zestig) dagen;
58 (achtenvijftig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren ten behoeve van het vaststellen van haar identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang als de reclasseringsinstelling dit noodzakelijk acht daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
- dat de veroordeelde zich binnen vijf dagen na het onherroepelijk worden van dit arrest meldt GGZ Reclassering Fivoor, Johanna Westerdijkplein 40, 2521 E1V Den Haag, en blijft melden zo frequent en zolang als de reclassering dat nodig acht;
- dat de veroordeelde zich laat behandelen door het ambulant centrum van Fivoor of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Bij een terugval in middelengebruik of verslechtering van het psychiatrische ziektebeeld kan de reclassering een indicatiestelling aanvragen voor een kortdurende opname voor crisisbehandeling, detoxificatie, stabilisatie, observatie of diagnostiek. Als de voor indicatie verantwoordelijke instantie een kortdurende opname indiceert, zal de veroordeelde zich, na goedkeuring door de rechter, laten opnemen in een zorginstelling voor zeven weken of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing in forensische zorg, bepaalt in welke zorginstelling de opname plaatsvindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt;
- dat de veroordeelde verblijft in een instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf duurt de gehele proefrijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor haar heeft opgesteld;
- dat de veroordeelde meewerkt aan controle van het gebruik van alcohol en drugs om het middelengebruik te beheersen, waarbij de reclassering urineonderzoek en ademonderzoek (een blaastest) kan gebruiken voor de controle en bepaalt hoe vaak de veroordeelde wordt gecontroleerd;
- dat de veroordeelde meewerkt aan intensieve begeleiding door CoachE25 of een soortgelijke instelling;
taakstrafvoor de duur van
120 (honderdtwintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
60 (zestig) dagen hechtenis;
€ 4.964,00 (vierduizend negenhonderdvierenzestig euro) bestaande uit € 964,00 (negenhonderdvierenzestig euro) aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 september 2021
en € 4.000,00 (vierduizend euro) aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 25 juli 2021 tot aan de dag der voldoening;