Uitspraak
Arrest van de economische kamer van het gerechtshof 's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
6.7 en 8 telkens: medeplegen van valsheid in geschrift;
9 en 10 telkens: medeplegen van opzettelijk afleveren van het valse of vervalste geschrift als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst;
11. deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven;
12. opzettelijk een bij de Algemene wet inzake rijksbelastingen voorziene aangifte onjuist doen, terwijl het feit ertoe strekt dat te weinig belasting wordt geheven,
- er is sprake van oude feiten die hebben plaatsgevonden in de periode van februari 2009 tot en met juni 2010;
- er is sprake van een overschrijding van de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6 EVRM zowel in eerste aanleg als in hoger beroep;
- de verdachte heeft het onvoorwaardelijke deel van de door de rechtbank opgelegde gevangenisstraf reeds uitgezeten.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden.
11 (elf) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
160 (honderdzestig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
80 (tachtig) dagen hechtenis.