In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 2 november 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake de kinderalimentatie tussen een man en een vrouw die samen drie kinderen hebben. De man, verzoeker in hoger beroep, was het niet eens met de eerdere beschikking van de rechtbank Oost-Brabant van 2 februari 2023, waarin de kinderalimentatie was vastgesteld op € 125,- per kind per maand. De man verzocht het hof om de alimentatie te verlagen naar € 50,- per maand voor alle kinderen tezamen, onder verwijzing naar zijn financiële situatie en de behoefte van de kinderen.
De vrouw, die alleen het gezag over de kinderen heeft, ontvangt een uitkering op grond van de Participatiewet en heeft geen draagkracht om bij te dragen aan de kosten van de kinderen. Het hof heeft vastgesteld dat de geboorte van de jongste kind, [minderjarige 3], een wijziging van omstandigheden met zich meebrengt die een herbeoordeling van de financiële situatie van de ouders rechtvaardigt. Het hof heeft de behoefte van de kinderen berekend op basis van het inkomen van de man, dat sinds de beëindiging van de relatie aanzienlijk is gestegen.
Na een zorgvuldige afweging van de draagkracht van de man en de behoefte van de kinderen, heeft het hof geconcludeerd dat de man in staat is om een hogere bijdrage te leveren dan hij had verzocht. Echter, om te voorkomen dat de man slechter af zou zijn door zijn hoger beroep, heeft het hof de eerdere beschikking van de rechtbank bekrachtigd. De proceskosten in hoger beroep zijn gecompenseerd, zodat elke partij de eigen kosten draagt.