ECLI:NL:GHSHE:2023:3340
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake hoofdverblijf en zorgregeling van minderjarige na internationale verhuizing
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een vrouw tegen een beschikking van de rechtbank Limburg, waarin is bepaald dat het hoofdverblijf van haar minderjarige kind bij de man is. De vrouw, wonende in Polen, heeft in hoger beroep verzocht om de beschikking te vernietigen en het hoofdverblijf van het kind bij haar te bepalen. De man, die in Nederland woont, heeft verweer gevoerd en verzocht om de bestreden beschikking te bekrachtigen. De zaak heeft een complexe achtergrond, waarbij de partijen een affectieve relatie hebben gehad en gezamenlijk het gezag uitoefenen over hun kind, geboren in 2017. De vrouw heeft het kind in 2021 naar Polen meegenomen, wat leidde tot juridische procedures in zowel Nederland als Polen. De rechtbank in Limburg heeft eerder bepaald dat het kind bij de man moet verblijven, en deze beslissing is in hoger beroep bevestigd. Het hof oordeelt dat het in het belang van het kind is om zijn huidige verblijfplaats niet te veranderen, gezien de stabiliteit die de man biedt. De vrouw is niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoeken tot schorsing en wijziging van het hoofdverblijf en zorgregeling.