In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 11 mei 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant, dat op 14 juni 2022 was gewezen. De verdachte, geboren in 1978, was in eerste aanleg veroordeeld, maar het hof heeft het vonnis ten aanzien van de straf vernietigd en opnieuw recht gedaan. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van één week, maar deze straf zal niet ten uitvoer worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit. Daarnaast is de verdachte voor de duur van zes maanden de bevoegdheid ontzegd om motorrijtuigen te besturen. Het hof heeft bepaald dat de tijd waarin het rijbewijs van de verdachte is ingevorderd of ingehouden, in mindering zal worden gebracht op de bijkomende straf. Het hof heeft het vonnis voor het overige bevestigd. Deze uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de verdachte en is mondeling uitgesproken op de openbare terechtzitting.