Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
,
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 8 juni 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep over de wijziging van het gezamenlijk gezag naar eenhoofdig gezag van twee minderjarigen, geboren in 2013 en 2014. De vrouw, verzoekster in hoger beroep, heeft verzocht om het gezamenlijk gezag te beëindigen en aan haar alleen het gezag toe te kennen. De man, verweerder in hoger beroep, is niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling en heeft geen verweer gevoerd. De rechtbank Oost-Brabant had eerder op 18 november 2022 de verzoeken van de vrouw afgewezen, wat leidde tot het hoger beroep.
De vrouw en de man zijn in 2017 gescheiden, en de kinderen wonen bij de vrouw. De man verblijft sinds september 2022 in Marokko en is niet betrokken bij de zorg voor de kinderen. De GI (Stichting Jeugdbescherming Brabant) en de Raad voor de Kinderbescherming hebben tijdens de mondelinge behandeling geadviseerd om het verzoek van de vrouw toe te wijzen, gezien de situatie waarin de kinderen klem zitten tussen de ouders. Het hof heeft vastgesteld dat er geen communicatie tussen de ouders is en dat de man zijn verantwoordelijkheden niet nakomt.
Het hof heeft geoordeeld dat het in het belang van de kinderen noodzakelijk is dat de vrouw alleen het gezag over hen uitoefent. De beslissing van de rechtbank is vernietigd en het verzoek van de vrouw is toegewezen, waardoor het gezamenlijk gezag is beëindigd en het eenhoofdig gezag aan de vrouw is toegekend. Deze uitspraak is uitvoerbaar bij voorraad en zal worden geregistreerd in het centraal gezagsregister.