In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, is op 19 januari 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep over de omgangsregeling tussen een vader en zijn minderjarige dochter, geboren in 2018. De vader, verzoeker in principaal hoger beroep, heeft verzocht om een omgangsregeling met zijn dochter, terwijl de moeder, verweerster in principaal hoger beroep, zich hiertegen verzet. De Raad voor de Kinderbescherming heeft in een rapport van 8 augustus 2022 geconcludeerd dat omgang met de vader op dit moment in strijd is met de zwaarwegende belangen van het kind. Het hof heeft vastgesteld dat er geen statusvoorlichting aan de minderjarige is gegeven, waardoor zij geen beeld van haar vader kan vormen. De moeder heeft aangegeven dat zij op dit moment niet in staat is om deze voorlichting te geven, wat het hof als een belemmering voor omgang heeft gezien. Het hof heeft daarom het verzoek van de vader om een omgangsregeling afgewezen en de vader het recht op omgang ontzegd. Daarnaast heeft het hof een informatieregeling vastgesteld, waarbij de moeder de vader eenmaal per twee maanden op de hoogte moet stellen van de ontwikkeling van de minderjarige en vier keer per jaar een recente foto moet sturen. De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt.