5.1.[appellant] heeft in hoger beroep twintig grieven aangevoerd. Hij heeft geconcludeerd tot het vernietigen van het bestreden vonnis en tot het alsnog toewijzen van de volgende, gewijzigde vorderingen:
‘1. voor recht verklaren dat geïntimeerde jegens appellanten aansprakelijk is voor alle schade,
zowel van materiële als immateriële aard, die appellanten reeds hebben geleden, lijden en
in de toekomst zullen lijden als gevolg van de gebrekkige opstallen, die zich ter hoogte van
de gevel van hun woning, ter plaatse van het trottoir en de langs de weg bevindende goot,
alsmede hun tuin, ter plaatse van de pompput, in de openbare ruimte bevinden, een en
ander staande en gelegen aan de [adres] te [plaats] ;
2. geïntimeerde veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te
betalen een schadevergoeding ad € 3.500,00 ter zake de kosten van het injecteren van de
gevel tegen optrekkend vocht, althans enig ander door uw gerechtshof in goede justitie te
bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 17 mei 2014,
althans 14 januari 2017, althans de dag der dagvaarding in eerste aanleg, althans een
andere door uw gerechtshof in goede justitie te bepalen dag, tot aan de dag der algehele
voldoening;
Primair
3a. geïntimeerde veroordelen om binnen veertien dagen na betekening van het in deze zaak te
wijzen vonnis een aanvang te maken met het op haar kosten treffen van zodanige
maatregelen, dat daarmee voorgoed het via de voordeur van de woning van appellanten
binnendringen van water, het spatten van water tegen de gevel van deze woning, alsmede
het in- en optrekken van vocht in de gevel en in de vloer van de begane grond van deze
woning door vanaf de openbare ruimte afkomstig water wordt beëindigd, althans
voorkomen, welke maatregelen dienen te zijn getroffen binnen drie maanden na de dag,
dat daarmee een aanvang is gemaakt,
Subsidiair
3b. althans geïntimeerde veroordelen tot het treffen van zodanige maatregelen als het
gerechtshof in goede justitie vermeent te behoren,
Zowel primair als subsidiair
een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 500,00 per dag of een
gedeelte van een dag dat geïntimeerde in gebreke blijft om aan deze veroordeling volledig
te voldoen, zulks tot een maximum van € 100.000,00, althans een door het gerechtshof in
goede justitie te bepalen dwangsom;
4 geïntimeerde veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te
betalen een bedrag ad € 11.720,51 ter zake van de kosten van herstel van de tuin van
appellanten, gelegen aan de [adres] te [plaats] , althans
enig ander door het gerechtshof in goede justitie te bepalen bedrag, te vermeerderen met
de wettelijke rente hierover vanaf 14 januari 2017, althans de dag der dagvaarding in
eerste aanleg, althans een andere door uw gerechtshof in goede justitie te bepalen dag,
tot aan de dag der algehele voldoening;
5 geïntimeerde veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te
betalen een bedrag ad € 24.085,88 ter zake materiële schade wegens gederfd woongenot
over de periode van juni 2014 tot en met september 2018, althans enig ander door het
gerechtshof in goede justitie te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente
hierover vanaf de dag der dagvaarding in eerste aanleg tot aan de dag der algehele
voldoening;
6 geïntimeerde veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te
betalen een bedrag ad € 463,19 per maand, althans enig ander door het gerechtshof in
goede justitie te bepalen bedrag, telkens opeisbaar op elke eerste dag van de maand,
waarbij een ingegane maand voor een volle dient te worden gerekend, ter zake materiële
schade wegens gederfd woongenot, te rekenen vanaf de maand oktober 2018 tot aan de
maand waarin de in deze zaak aan de orde gestelde water- en vochtproblematiek definitief
zal zijn verholpen, zulks met een maximale duur van zes maanden vanaf de dag van het te
dezen te wijzen arrest, te vermeerderen met de wettelijke rente over de nog te verschijnen
maandbedragen, telkens vanaf de dag der opeisbaarheid van die maandbedragen, tot aan
de dag der algehele voldoening;
Primair
7a. geïntimeerde veroordelen om binnen veertien dagen na betekening van het in deze zaak te
wijzen arrest een aanvang te maken met het op haar kosten treffen van zodanige
maatregelen, dat daarmee voorgoed overstroming van de tuin van appellanten ter hoogte
van de pompput door vanaf de openbare ruimte afkomstig water wordt beëindigd, althans
voorkomen, welke maatregelen binnen drie maanden na de dag, dat daarmee een
aanvang is gemaakt, getroffen dienen te zijn,
Subsidiair
7b. althans geïntimeerde veroordelen tot het treffen van zodanige maatregelen als uw
gerechtshof in goede justitie vermeent te behoren,
Zowel primair als subsidiair
een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 500,00 per dag of een
gedeelte van een dag dat geïntimeerde in gebreke blijft om aan deze veroordeling volledig
te voldoen, zulks tot een maximum van € 50.000,00, althans een door het gerechtshof in
goede justitie te bepalen dwangsom;
8. geïntimeerde veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellant [appellant]
te betalen een bedrag ad € 5.000,00 ter zake van immateriële schade wegens gederfd
woongenot, althans enig ander door het gerechtshof in goede justitie te bepalen bedrag,
te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 14 januari 2017, althans de dag
der dagvaarding in eerste aanleg, tot aan de dag der algehele voldoening;
9. geïntimeerde veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [appellante]
te betalen een bedrag ad € 5.000,00 ter zake van immateriële schade wegens gederfd
woongenot, althans enig ander door het gerechtshof in goede justitie te bepalen bedrag,
te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 14 januari 2017, althans de dag
der dagvaarding in eerste aanleg, tot aan de dag der algehele voldoening;
10. geïntimeerde veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te
betalen de buitengerechtelijke kosten ad € 2.049,25, te vermeerderen met de wettelijke
rente hierover vanaf de dag der dagvaarding in eerste aanleg tot aan de dag der algehele
voldoening;
11. geïntimeerde veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten te
betalen een bedrag ad € 1.646,25 terzake van de deskundigenkosten van het Bureau voor
Bouwpathologie, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf de dag van deze
memorie tot aan de dag der algehele voldoening;
12. geïntimeerde veroordelen om al hetgeen appellanten ter uitvoering van het bestreden
eindvonnis van 20 november 2019 aan geïntimeerde hebben voldaan aan appellanten
terug te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf de dag van betaling
door appellanten tot aan de dag van terugbetaling;
13. geïntimeerde veroordelen in de kosten van het geding in beide instanties, alsmede in de
gebruikelijke nakosten (zowel zonder als met betekening), te vermeerderen met de
wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf veertien dagen na de datum van de
uitspraak.’