2.4.In de notariële akte tot levering van de loods
1hebben [geintimeerde] en [appellant] een voorkeurrecht/koopoptie opgenomen. Voor zover hier relevant luidt de bepaling als volgt:
“VOORKEURRECHT / KOOPOPTIE
A. VOORKEURRECHT TOT KOOP
De comparant sub 2 verklaarde het voorkeurrecht tot koop te verlenen van het verkochte, hierna te noemen “het registergoed”, tot één juli tweeduizend drieëntwintig, aan genoemde vennootschap ‘ [geintimeerde] B .V.”.
De comparant sub 2 en de comparant sub 1, handelend in zijn sub b gemelde hoedanigheid, verklaarden dat dit voorkeurrecht tot koop zal worden beheerst door de volgende:
BEPALINGEN:
1. a. Indien de comparant sub 2, vóór één juli tweeduizend drieëntwintig, voornemens is over te gaan tot vrijwillige vervreemding van (een gedeelte van) het registergoed, (anders dan ingevolge het bepaalde in artikel 3:268 van het Burgerlijk Wetboek) en in die hoedanigheid hierna ook te noemen “voorkeurplichtige”, is hij verplicht het verkochte tegen een op na te melden vast te stellen prijs aan genoemde vennootschap “ [geintimeerde] B.V.”, hierna ook te noemen “voorkeurgerechtigde”, te koop aan te bieden in onbeperkte en onbezwaarde eigendom. (…)
2. De voorkeurgerechtigde dient binnen twee maanden na gedaan aanbod aan de voorkeurplichtige te kennen te geven of hij van bedoeld aanbod gebruik wenst te maken. Indien echter de voorkeurgerechtigde binnen voormelde termijn bedoelde wens niet te kennen heeft gegeven, is de voorkeurplichtige definitief vrij zijn gehele aandeel in het verkochte aan derden te vervreemden;
3. Indien de voorkeurgerechtigde op de wijze als hiervoor sub 2 vermeld, te kennen heeft gegeven van bedoeld aanbod gebruik te maken, zal de vaststelling van de koopprijs geschieden in onderling overleg en wel binnen één maand na het verstrijken van de hiervoor sub 2 vermelde periode.
Indien partijen hieromtrent niet tot overeenstemming kunnen komen, zal de vaststelling van de koopprijs bindend geschieden door een commissie van drie beëdigde taxateurs, waarvan één lid wordt aangewezen door de voorkeurplichtige, één lid door de voorkeurgerechtigde en het derde lid door de beide leden tezamen. Indien deze commissie niet binnen één maand na het verstrijken van voormelde periode van onderling overleg is samengesteld, zal de benoeming van vorenbedoelde een of meer taxateur(s) plaatsvinden door de voorzitter van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie op verzoek van de meest gerede partij. De taxatie zal geschieden op basis van een onverhuurd registergoed, in volle en onbezwaarde eigendom.
4. De voorkeurgerechtigde, die op de wijze als sub 2 vermeld te kennen heeft gegeven, dat hij van het aanbod tot koop gebruik wenst te maken, is vervolgens verplicht binnen één maand na vaststelling van de koopprijs op voormelde wijze aan de voorkeurplichtige mede te delen dat hij het aanbod tot koop al dan niet accepteert. (…)”