ECLI:NL:GHSHE:2022:515
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van ontuchtige handelingen met minderjarige
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 18 februari 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Oost-Brabant. De verdachte was eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier maanden, waarvan twee maanden voorwaardelijk, voor het plegen van ontuchtige handelingen met een minderjarige, die de leeftijd van twaalf maar nog niet die van zestien jaren had bereikt. De rechtbank had ook een schadevergoeding toegewezen aan de benadeelde partij, maar de verdachte ging in hoger beroep tegen deze veroordeling.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof het eerdere vonnis zou bevestigen, maar de verdediging heeft vrijspraak bepleit. De verdachte ontkende stellig de beschuldigingen en voerde aan dat er geen bewijs was voor de tenlastelegging. Het hof heeft de verklaringen van de benadeelde partij, die later haar eerdere aangifte had ingetrokken, en de ontkenning van de verdachte zorgvuldig gewogen.
Uiteindelijk heeft het hof geoordeeld dat de verdachte niet schuldig was aan de tenlastegelegde feiten. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd en de verdachte vrijgesproken. Tevens is de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering tot schadevergoeding, omdat er geen straf of maatregel aan de verdachte was opgelegd. Dit arrest is uitgesproken door een meervoudige kamer voor strafzaken, met mr. B. Stapert als voorzitter.