ECLI:NL:GHSHE:2022:444
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- G.J. Schiffers
- A.J. Henzen
- N.I.B.M. Buljevic
- Rechtspraak.nl
Ontoerekeningsvatbaarheid en zorgmachtiging in strafzaken
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 7 februari 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De verdachte, geboren in 1990, was in eerste aanleg veroordeeld voor het opzettelijk vernielen van een ruit en het mishandelen van zijn moeder. De advocaat-generaal vorderde vernietiging van het vonnis en ontslag van rechtsvervolging, onderbouwd door een rapport van psychiater drs. G.C.M. van den Broek, die concludeerde dat de verdachte lijdt aan schizofrenie van het paranoïde type. Het hof heeft de feiten bewezen verklaard, maar oordeelde dat de verdachte wegens zijn geestelijke toestand niet strafbaar was. De verdachte werd ontslagen van alle rechtsvervolging, en de vordering van de benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard. Het hof overwoog dat de mogelijkheid tot het verlenen van een zorgmachtiging niet aan de orde was, aangezien er al eerder een zorgmachtiging was afgegeven. De beslissing is gebaseerd op de artikelen 300, 304 en 350 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze ten tijde van het bewezenverklaarde rechtens golden. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij elke partij haar eigen kosten draagt.