Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
- de verdachte van de impliciet primair tenlastegelegde poging tot moord zal vrijspreken;
- de impliciet subsidiair tenlastegelegde poging tot doodslag bewezen zal verklaren;
- de verdachte daarvoor zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 jaren, met aftrek van de tijd doorgebracht in voorarrest;
- de vordering van de benadeelde partij zal toewijzen tot een bedrag van € 34.751,74 (bestaande uit € 27.251,74 aan materiële schade en € 7.500,- aan immateriële schade), te vermeerderen met de wettelijke rente;
- de onttrekking aan het verkeer zal bevelen van de verdovende middelen, de bewaring ten behoeve van de rechthebbende zal gelasten van het potje met een afbeelding van een oog, de (asresten van de) kleding verbeurd zal verklaren, de teruggave zal gelasten van de boxershort aan het slachtoffer en de teruggave aan de verdachte zal gelasten van de telefoon.
- vrijspraak bepleit van de impliciet primair tenlastegelegde poging tot moord;
- voorts vrijspraak bepleit van de impliciet subsidiair tenlastegelegde poging tot doodslag;
- (naar het hof begrijpt: subsidiair) bepleit dat het hof de verdachte zal ontslaan van alle rechtsvervolging omdat hem een beroep toekomt op noodweer(exces);
- meer subsidiair een strafmaatverweer gevoerd, inhoudende dat het hof geen hogere straf zal opleggen dan de straf die door de rechtbank is opgelegd.
- zich op het standpunt gesteld dat de posten directe schade (€ 150,-), de ziekenhuisopnamedagen (€ 145,-) en reiskosten (€ 235,58) voldoende zijn onderbouwd en kunnen worden toegewezen;
- de overige materiële schadeposten (medische kosten ad € 21.778,68 en kosten verzorging ad € 3.150,-) betwist;
- bepleit dat een bedrag van € 5.000,- aan immateriële schade kan worden toegewezen;
- de gevorderde buitengerechtelijke kosten ad € 3.560,18 betwist en zich op het standpunt gesteld dat (in plaats daarvan) de kosten voor rechtsbijstand conform het liquidatietarief (€ 1.442,-) kunnen worden toegewezen, plus vergoeding medische informatie ad € 350,48.
Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 7 mei 2021, dossierpagina’s 228-229, voor zover inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] :
Het proces-verbaal van aangifte d.d. 7 mei 2021, dossierpagina’s 233-236, voor zover inhoudende als verklaring van [slachtoffer] , wonende [adres 1] te Goes:
(het hof begrijpt: de verdachte)nodigde mij uit bij hem thuis. Hij vroeg mij of ik langs wilde komen om koffie te drinken. Ik weet niet meer hoe laat dit is geweest, ik denk 20.00 uur of 21.00 uur. Ik ben toen naar [voornaam verdachte ] zijn woning gegaan. Ik ben ongeveer een half uur bij [voornaam verdachte ] geweest.
(het hof begrijpt: Het mes was)heel scherp. Hij heeft mij ook in mijn hoofd gestoken. [voornaam verdachte ] had een heel groot mes. Ik heb niks misdaan. Ineens kwam mijn broer. Hij durfde ook niet dichterbij te komen want die gast zat bovenop mij en had een groot mes met twee handen vast. [voornaam verdachte ] is achter mijn broer aan gerend. Toen zag ik kans om daar weg te rennen. Ik ben weggelopen naar de andere kant. Ik wilde weer weg maar kreeg geen adem. Ik had zoveel bloed verloren. Toen [voornaam verdachte ] mij in mijn arm had gestoken, spoot het bloed uit mijn arm. Ik voelde dat ik het koud had over heel mijn lichaam. Ik lag op het gras. [voornaam verdachte ] zag mij en kwam weer naar mij toe. Maar er kwamen veel mensen en toen is [voornaam verdachte ] in zijn auto gestapt en weggereden.
Het proces-verbaal van verhoor aangever d.d. 21 mei 2021, dossierpagina’s 244-250, voor zover inhoudende als verklaring van [slachtoffer] :
(het hof begrijpt: op 6 mei 2021). (…) Ik heb gezegd dat ik vanaf dat moment niks
(hof: meer)met hem te maken wil hebben. Ik heb gezegd wij zijn geen vrienden meer en ik ben weggegaan.
(het hof begrijpt: de bel beneden bij de centrale ingang van het flatgebouw). We gingen kijken. Mijn moeder heeft niet opengedaan. Iemand anders moest naar binnen of naar buiten en hij is mee naar binnen gegaan. En toen is hij naar boven gekomen. Hij stond hier aan de voordeur en sprong letterlijk naar binnen en toen stond hij hierzo. Hij is binnengekomen tot de deur van de keuken. Ik zei mijn moeder is hier wat kom jij hier doen. Mijn moeder zei toen: “Jij mag hier niet zijn.” Toen zijn we naar buiten gegaan. Hij zei: “Kom we gaan naar beneden we moeten praten”. Toen we beneden waren bij de deur deed hij de deur open en zei hij: “Kom we gaan hierachter praten.” Hij begon mij te duwen. Ik ging steeds naar achteren. Hij heeft me vanaf de flat naar naast de flat gedwongen. Tot ik helemaal in het gras stond. Ik ging steeds achteruit en hij kwam steeds dichterbij. Tot ik helemaal in het gras stond. Zodra ik in het gras stond greep hij mij. Hij greep mij bij mijn shirt met zijn rechterarm. Hij pakte zijn mes met links en hij wilde mij zo steken in mijn buik. Ik zag dat en pakte zijn hand weg. Ik wilde weg van hem en hij pakte mij en stak en ik zag het mes aan de ene kant in mijn arm gaan en aan de andere kant eruit komen. Als ik niet met mijn arm had gedaan
(het hof begrijpt: een afwerende/beschermende beweging met de arm), was het mes in mijn nek gekomen. Binnen een seconde hing het mes hier in mijn lijf, bij de rechterribbenkast. Hij probeerde de hele tijd in mijn nek te steken. Doordat het gras glad was, viel ik en sprong hij bovenop mij. Hij stak mij. Hij probeerde nog een keer op mijn lever. Hij stak nog meer, ook in mijn hoofd. Hij ging ook naar mijn nek toe en ik pakte het mes gelijk vast. Hij probeerde nog een paar keer op mijn nek. Toen dacht ik: ik ga dood als ik niks doe. Toen heb ik het mes gepakt. Ik dacht die jongen gaat mij echt dood maken. Ik hoorde de auto van mijn broertje [broer slachtoffer] . Ik had het mes vast en gelukkig was mijn broertje [broer slachtoffer] op tijd. Ik had al geen gevoel meer in mijn vingers.
Het proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 6 mei 2021, 22.15 uur, dossierpagina’s 259-260, voor zover inhoudende als verklaring van [broer slachtoffer] :
(hof begrijpt: [slachtoffer ] )[slachtoffer ] . Vanavond, omstreeks 21.43 uur, werd ik gebeld door mijn moeder. Mijn moeder woont in een flatwoning, [straat 1] te Goes. Zij vroeg of ik beneden had aangebeld. Ik zei dat ik dat niet was geweest, maar wel onderweg was naar haar. Kort daarna belde mijn moeder weer. Ditmaal werd het gesprek overgenomen door mijn broer [slachtoffer ] . Hij klonk verschrikt. Hij zei dat ik moest komen, Ik was in de buurt en ben ernaar toegereden. Ik parkeerde mijn auto op het parkeerterrein onder de flat. Ik stapte uit en ben in de richting van de ingang van het flatgebouw gelopen. Ik hoorde mijn broer [slachtoffer ] roepen. Ik rende naar de zijkant van het flatgebouw. In het bosschage naast het flatgebouw zag ik mijn broer met iemand vechten. Ik zag dat die man een lang mes in zijn hand had. Ik denk dat het een koksmes was. Ik zag dat mijn broer bebloed was.
Het proces-verbaal van verhoor getuige bij de rechter-commissaris d.d. 18 augustus 2021, voor zover inhoudende als verklaring van [broer slachtoffer] :
(het hof begrijpt: de flat gelegen aan [straat 1] te Goes), zette mijn auto uit en ik hoorde een hele hoop geschreeuw. Ik hoorde mijn naam ook. Toen ben ik naar de flat gaan rennen. Die [verdachte]
(hof: verdachte)lag bovenop mijn broer. Ik rende er naartoe. Mijn broer zei: ‘Pas op, hij heeft een groot mes’. Ik rende erheen, toen zag ik dat mes pas. Ik heb hem proberen van mijn broer af te trekken. Ik zag mijn broer liggen en die had volgens mij met zijn linkerhand het mes vast.
(hof: verdachte)stond op en keek mij aan. Ik belde 112 en zei waar wij waren. Toen is hij
(hof: verdachte)naar de auto gerend. Ik ben mijn broer gaan zoeken en ik zag hem halfdood op het grasveld voor de flat liggen.
(hof: verdachte)wel vastgepakt, om te proberen hem van mijn broer af te halen. Mijn broer lag op de grond, op zijn rug. De jongen zat met zijn knieën op zijn lichaam. Hij zat echt bovenop hem. Toen ik dichterbij kwam en hem van mijn broer wilde trekken, zag ik het mes ook vol met bloed. Mijn broer had het mes vast bij het snijvlak met zijn linkerhand. Ik zag veel bloed. [voornaam verdachte ] had het mes vast. Het was een heel groot mes.
Een geschrift, te weten een geneeskundige verklaring met medische informatie opgesteld en ondertekend door [arts 1] (arts) op 20 mei 2021, dossierpagina 239, voor zover inhoudende:
Ja.
Een geschrift, te weten een brief namens dr. [arts 1] , chirurg van de Spoedeisende Hulp ADRZ te Goes d.d. 27 mei 2021, gevoegd onder ‘productie 4’ bij de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer ] , voor zover inhoudende:
(hof: zie bewijsmiddel hierna, chirurg [arts 1] )tourniquette rechter bovenarm even losgedraaid, begint opnieuw te bloeden, terug vastgedraaid.
Een geschrift te weten een brief van [arts 2] , forensisch geneeskundige bij de GGD aan de Politie Zeeland d.d. 8 mei 2021, los gevoegd in het dossier, voor zover inhoudende:
Het proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict d.d. 24 mei 2021, dossierpagina’s 23a-23d, voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 3] en [verbalisant 4] :
Het proces-verbaal van verhoor getuige bij de rechter-commissaris d.d. 18 augustus 2021, voor zover inhoudende als verklaring van [getuige 1](het hof begrijpt: de moeder van [slachtoffer] ):
(het hof begrijpt: 6 mei 2021)thuis in mijn appartement
(het hof begrijpt: [adres 1] te Goes)met mijn zoon. [slachtoffer ] kwam op die dag thuis. Hij vertelde dat hij heel zenuwachtig was en ik heb gevraagd wat er aan de hand was. [slachtoffer ] vertelde dat hij met een jongen ruzie had gemaakt. Hij had eerder verteld dat hij bevriend was met die jongen. Zo’n vijf minuten later hoorde ik dat iemand beneden aanbelde. Het is een videobel-installatie, dus op de begane grond werd aangebeld. In dit geval kon ik niet goed zien wie het was. Op een gegeven moment stond [slachtoffer ] naast mij en ik heb verteld dat er iemand aanbelde, maar dat ik niet kon zien wie het was. Die persoon heeft nog een keer aangebeld. Ik ging naar de bel om de deur te openen, maar mijn zoon zei dat ik het niet moest doen, omdat ik niet kon zien wie er aanbelde. Ik dacht dat het misschien [broer slachtoffer] , mijn andere zoon, was. Ik zag hem niet, dus ik liep naar binnen en toen werd er weer aangebeld. Daarom dacht ik, ik bel even naar [broer slachtoffer] om te vragen of hij het was die beneden stond. Ik zag op de camera dat iemand het gebouw verliet en dat de deur werd opengemaakt en dat op dat moment iemand het gebouw in liep. Ik vertelde dat aan [slachtoffer ] . Het duurde twee à drie minuten tot ik de deur boven hoorde, iemand belde aan. Mijn zoon liep naar de deur en hij heeft de deur opengemaakt. Die persoon is naar binnen gelopen, maar het viel mij op dat de situatie niet normaal was. Ik zag dat [slachtoffer ] die persoon naar buiten duwde. [slachtoffer ] is ook naar buiten gegaan en heeft de deur dichtgedaan. Ze zijn met zijn tweeën vertrokken. Ik heb alleen [slachtoffer ] gehoord die vroeg: “Waarom ben je hier naartoe gekomen, ga weg”. Die andere persoon zei niets tegen mij.
Het proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 7 mei 2021, dossierpagina’s 273-274, voor zover inhoudende als verklaring van [getuige 2] :
(het hof begrijpt: in de beleving van de verdachte), dat de politie hem zocht en dat hij weg moest. Hij bleef herhalen dat hij weg wilde. Hij vertelde dat hij iemand in zijn rug had gestoken en in zijn nek. Het bleek om [slachtoffer ]
(het hof begrijpt: [slachtoffer ] )te gaan.
Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 7 mei 2021, dossierpagina’s 275-276, voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 6] :
(het hof begrijpt: de verdachte [verdachte] )is hier geweest en heeft wel iets in de haard verbrand, volgens mij een T-shirt', of woorden van gelijke strekking.
(het hof begrijpt: [slachtoffer ] )had neergestoken. Ik weet dat hij ook nog langs zijn broer is geweest om afscheid te nemen”
Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 7 mei 2021, dossierpagina’s 277-278, voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 7] :
(het hof begrijpt: [broer verdachte] ).
(hof begrijpt telkens: [slachtoffer ] )over een auto. [voornaam verdachte ] zei dat hij naar [slachtoffer ] is gegaan. Dat hij een mes heeft meegenomen en [slachtoffer ] heeft aangevallen.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 12 mei 2021, dossierpagina’s 176-182, voor zover inhoudende als verklaring van de verdachte:
(het hof begrijpt: [slachtoffer] )al langer.
Het proces-verbaal van de openbare terechtzitting in de rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Middelburg, d.d. 27 oktober 2021, voor zover inhoudende als verklaring van de verdachte:
(het hof begrijpt: [slachtoffer] )rond 21.00 uur bij mij was. Eerder heeft hij mij om hulp gevraagd met het op mijn naam zetten van zijn auto omdat hij schulden had. Dat heb ik gedaan. Hij zou de jaarbedragen van de verzekering en belasting aan mij betalen. Hij had de helft al betaald en ik vroeg hem om de andere helft te betalen. Hij wilde het geld niet betalen en wilde de andere helft van het geld terug.
De verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep d.d. 15 november 2022:
poging tot doodslag.
jasjeging pakken.
- “Ik dacht dat het een pistool was”, “ik dacht dat ik hem iets uit zijn broek zag pakken (dossierpagina 172);
- “Ik wist bijna zeker dat het een pistool was. Hij had een vestje aan en zocht iets met zijn hand. V: Heb je gezien wat hij pakte? A: Vanaf dat moment werd het zwart. V: Heb je een voorwerp gezien? A: Dat weet ik niet meer.” (dossierpagina 180);
- “Ik dacht dat hij iets uit zijn broek probeerde te pakken, ik dacht dat het een pistool was.” (terechtzitting in eerste aanleg d.d. 27 oktober 2021).
- “Toen begon hij bij mij thuis mijn familie te bedreigen (…). Wacht maar ik kom zo terug.” (dossierpagina 171);
- “Hij begon te dreigen dat hij mij zou vermoorden en mijn gezin” (dossierpagina 179);
- “Hij dreigde dat hij mij en mijn gezin zou vermoorden en mijn huis in brand zou steken. Hij zei: “Wacht maar, ik kom nog terug” en maakte een handgebaar, een beweging van een pistool” (ter terechtzitting eerste aanleg d.d. 27 oktober 2021);
- “Hij dreigde dat hij een pistool ging halen en terug zou komen (ter terechtzitting in hoger beroep d.d. 15 november 2022).
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor de duur van 103 dagen kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) jaren;
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten een telefoontoestel inclusief simkaart en hoesje Samsung (2341274).
teruggaveaan [slachtoffer ] van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten een boxershort (G2331901).
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij]
€ 13.680,58 (dertienduizend zeshonderdtachtig euro en achtenvijftig cent) bestaande uit € 3.680,58 (drieduizend zeshonderdtachtig euro en achtenvijftig cent) materiële schade en € 10.000,00 (tienduizend euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening;