Uitspraak
,
[minderjarige],
geboren op [geboortedatum] 2010 te [geboorteplaats] ,
hierna te noemen: [minderjarige] .
1.Het geding in eerste aanleg
2.2. Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
en waarbij de overige vakanties en feestdagen worden verdeeld in onderling overleg tussen de ouders nader te bepalen;
Ten aanzien van de door de moeder verzochte wijziging van de breng- en ophaalregeling geeft de vader te kennen dat hij op vrijdag tot 17.00 uur werkt, waardoor hij op z’n vroegst om 19.00 uur in [woonplaats moeder] kan zijn en hij dan nog met [minderjarige] terug moet rijden naar [woonplaats vader] . De vader brengt [minderjarige] daarom liever op zondag terug naar de moeder. Hoewel de vader dit jaar heeft ingestemd met een wijziging van de verdeling van de zomervakantie, ziet hij liever dat de door de rechtbank vastgestelde verdeling in stand blijft. De vader kan niet drie aaneengesloten weken vrij nemen in de zomervakantie, waardoor hij genoodzaakt is om voor één van deze drie weken een oppas te regelen voor [minderjarige] .
Indien de andere ouder niet met het verzoek instemt, wordt het verzoek ingevolge artikel 1:253c lid 2 BW slechts afgewezen indien:
a. er een onaanvaardbaar risico is dat het kind klem of verloren zou raken tussen de ouders en niet te verwachten is dat hierin binnen afzienbare tijd voldoende verbetering zou komen, of
b. afwijzing anderszins in het belang van het kind noodzakelijk is.
Informatieregeling