ECLI:NL:GHSHE:2022:3656

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
17 augustus 2022
Publicatiedatum
24 oktober 2022
Zaaknummer
20-002634-21
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in hoger beroep van scooterdiefstal na vernietiging van het vonnis van de politierechter

In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 17 augustus 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De verdachte, geboren in 1992 en zonder bekende woon- of verblijfplaats, was eerder veroordeeld voor diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij hij zich toegang tot de plaats van het misdrijf had verschaft door middel van braak. De politierechter had hem een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden opgelegd, met een proeftijd van twee jaar, en een taakstraf van 240 uren, subsidiair 120 dagen hechtenis. Daarnaast was de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering.

Namens de verdachte werd hoger beroep ingesteld, waarbij de verdediging pleitte voor integrale vrijspraak. De advocaat-generaal vorderde vernietiging van het vonnis en een veroordeling van de verdachte. Het hof heeft het onderzoek in hoger beroep uitgevoerd en kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdediging.

Het hof heeft geoordeeld dat het niet wettig en overtuigend bewezen is dat de verdachte het tenlastegelegde feit heeft begaan. Daarom heeft het hof het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de beschuldiging van scooterdiefstal. De beslissing van het hof is op 17 augustus 2022 ter openbare terechtzitting uitgesproken door de meervoudige kamer voor strafzaken, met mr. S.C. van Duijn als voorzitter en mr. M.C.C. van de Schepop en mr. H.A.T.G. Koning als raadsheren.

Uitspraak

Parketnummer : 20-002634-21
Uitspraak : 17 augustus 2022
TEGENSPRAAK (ex art. 279 Sv)

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof

's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Breda, van 2 november 2021, in de strafzaak met parketnummer 02-046735-21 tegen:

[verdachte] ,

geboren te [verdachte] op [geboortedatum] 1992,
Zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande.
Hoger beroep
De politierechter heeft de verdachte bij vonnis waarvan beroep ter zake van ‘diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak’ veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 3 maanden, met een proeftijd van 2 jaren en een taakstraf voor de duur van 240 uren, subsidiair 120 dagen hechtenis. Voorts is bij vonnis waarvan beroep de benadeelde partij [bedrijf] niet-ontvankelijk in de vordering verklaard en
bepaald dat de vordering bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
Namens de verdachte is tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep en in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep zal vernietigen en, opnieuw rechtdoende:
  • het tenlastegelegde bewezen zal verklaren;
  • de verdachte zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden;
  • de vordering van de benadeelde partij zal toewijzen tot een bedrag van € 500,00, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel en dat het hof de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk zal verklaren in de vordering tot schadevergoeding.
De verdediging heeft integrale vrijspraak bepleit. Ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij heeft de verdediging bepleit dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering zal worden verklaard.
Vonnis waarvan beroep
Het beroepen vonnis zal worden vernietigd omdat het niet te verenigen is met de hierna te geven beslissing.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
hij op of omstreeks 9 mei 2020 te Biest-Houtakker, gemeente Hilvarenbeek, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, vier, althans een of meerdere, scooter(s), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n), te weten aan [bedrijf] en/of [naam] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak
Het hof acht het niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht.
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Aldus gewezen door:
mr. S.C. van Duijn, voorzitter,
mr. M.C.C. van de Schepop en mr. H.A.T.G. Koning, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. C.E.C.N. Schlüter, griffier,
en op 17 augustus 2022 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Mr. M.C.C. van de Schepop en mr. H.A.T.G. Koning zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.