Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaak 8412174 CV EXPL 20-929)
2.Het geding in hoger beroep
- het voornoemde dagvaardingsexploot van Grando;
- het herstelexploot van Grando;
- de memorie van grieven van Grando met producties;
- de memorie van antwoord van [geïntimeerde] .
3.De beoordeling
“ALGEMENE VOORWAARDEN KEUKEN”die vermelden:
“(…)
“(…)
“(…)
- tussenvonnis van 10 juni 2020 een mondelinge behandeling gelast;
- beroepen tussenvonnis van 14 oktober 2020 de zaak naar de rol verwezen om Grando de gelegenheid te geven om bij akte haar gederfde winst c.q. de redelijkheid van haar gevorderde annuleringsvergoeding nader te onderbouwen;
- beroepen eindvonnis van 3 maart 2021 afgewezen de vordering van Grando om [geïntimeerde] te veroordelen tot betaling van primair € 10.650,-- en subsidiair € 7.845,07 met wettelijke rente en Grando veroordeeld tot de op € 186,50 begrote proceskosten van [geïntimeerde] .
“gat groter maken”(waarvoor Grando een post van € 4.950,-- had opgenomen) volgens een aannemer maar liefst € 16.681,42 geoffreerd werk moet worden verricht. Bovendien is het beding van artikel 12 CBW-voorwaarden onredelijk bezwarend en blijkt de beweerde gederfde brutowinst niet, aldus [geïntimeerde] .
“2.4 (…)
onredelijk bezwarend beding
“(…) worden voor de beoordeling
“Een beding in algemene voorwaarden is vernietigbaar
“Bij een overeenkomst tussen een gebruiker en een wederpartij,
“(…)
daadwerkelijke schade
“2.5 (…)