ECLI:NL:GHSHE:2022:3040
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep van de vader tegen de beschikking van de rechtbank Limburg inzake omgangsregeling met minderjarige
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de vader tegen een beschikking van de rechtbank Limburg, waarin een omgangsregeling met zijn minderjarige kind is vastgesteld. De vader, die in hoger beroep is gegaan, verzoekt om de beschikking te vernietigen en een ruimere omgangsregeling te bepalen. De minderjarige, geboren in 2015, staat onder toezicht van de gecertificeerde instelling (GI) en woont bij de moeder. De rechtbank had eerder bepaald dat de vader eenmaal per week contact heeft met de minderjarige onder begeleiding van de GI. De vader is van mening dat deze regeling te beperkt is en dat hij in staat is om het contact op een veilige en voorspelbare manier te laten plaatsvinden zonder begeleiding.
De GI heeft in haar verweerschrift aangevoerd dat de vader geen belang heeft bij het hoger beroep, omdat de zorgregeling door een latere beschikking is gewijzigd. De moeder heeft ook verklaard dat de contacten tussen de vader en de minderjarige op een veilige manier moeten verlopen. Het hof heeft vastgesteld dat de vader geen rechtens te respecteren belang heeft bij zijn hoger beroep, omdat de beschikking waartegen hij zich verzet geen rechtskracht meer heeft. Het hof heeft de vader daarom niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep.