ECLI:NL:GHSHE:2022:2845

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
29 april 2022
Publicatiedatum
17 augustus 2022
Zaaknummer
20-001942-20
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg inzake overtredingen van de Wegenverkeerswet

Op 29 april 2022 heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg, zittingslocatie Maastricht, van 7 september 2020. De zaak betreft twee strafzaken met parketnummers 03-069694-20 en 03-115666-20, waarin de verdachte is beschuldigd van overtredingen van de Wegenverkeerswet 1994. De eerste overtreding betreft het rijden onder invloed, waarbij de verdachte op 23 augustus 2019 in Heerlen een alcoholpromillage van 905 microgram heeft overschreden. De tweede overtreding betreft een andere schending van de Wegenverkeerswet op dezelfde datum en locatie.

Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijftien dagen, met een voorwaardelijk deel van veertien dagen, en een taakstraf van tachtig uren. Daarnaast is de verdachte voor de duur van zes maanden de bevoegdheid ontnomen om motorrijtuigen te besturen. Het hof heeft bepaald dat de tijd waarin het rijbewijs van de verdachte is ingevorderd, in mindering zal worden gebracht op de bijkomende straf.

Deze uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de verdachte en is mondeling gewezen door de enkelvoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof. De uitspraak is gepubliceerd in verband met een ingesteld cassatieberoep.

Uitspraak

Parketnummer: 20-001942-20

Uitspraak : 29 april 2022
TEGENSPRAAK
Arrest van de enkelvoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof, gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg, zittingslocatie Maastricht, van 7 september 2020, in de strafzaken onder parketnummers 03-069694-20 en 03-115666-20, tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1977,
wonende te [adres] .
Kwalificatie
Het in de zaak met parketnummer 03-069694-20 bewezenverklaarde levert op:
overtreding van artikel 8, tweede lid, onderdeel a van de Wegenverkeerswet 1994 (905 microgram).
Gepleegd op 23 augustus 2019 te Heerlen;
Het in de zaak met parketnummer 03-115666-20 bewezenverklaarde levert op:
overtreding van artikel 7, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994.
Gepleegd op 23 augustus 2019 te Heerlen;
Toegepaste wetsartikelen
De beslissing is gegrond op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d en 57 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 7, 8, 176 en 179 van de Wegenverkeerswet 1994, zoals deze ten tijde van het bewezenverklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van het wijzen van dit arrest rechtens gelden.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Veroordeelt de verdachte ter zake het in de zaken met parketnummers 03-069694-20 en 03-115666-20 bewezenverklaarde tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
15 (vijftien) dagen.
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
14 (veertien) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Veroordeelt de verdachte tot een
taakstrafvoor de duur van
80 (tachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
40 (veertig) dagen hechtenis.
Ontzegt de verdachte ter zake van het in de zaak met parketnummer 03-069694-20 bewezenverklaarde de
bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de duur van
6 (zes) maanden.
Bepaalt dat de tijd, gedurende welke het rijbewijs van de verdachte ingevolge artikel 164 van de Wegenverkeerswet 1994 vóór het tijdstip, waarop deze uitspraak voor wat betreft de in artikel 179 van die wet genoemde bijkomende straf voor tenuitvoerlegging vatbaar is geworden, ingevorderd of ingehouden is geweest, op de duur van bovengenoemde bijkomende straf geheel in mindering zal worden gebracht.
Dit arrest is mondeling gewezen door mr. F.C.J.E. Meeuwis.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 29 april 2022.