ECLI:NL:GHSHE:2022:2309
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Wraking
- J.W. van Rijkom
- P. Hödl
- A.L. Bervoets
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek zonder gronden voor rechterlijke onpartijdigheid
In deze zaak heeft verzoeker op 30 mei 2022 een wrakingsverzoek ingediend, dat op 31 mei 2022 door het gerechtshof is ontvangen. Het verzoek is gedaan in het kader van twee lopende zaken, met de zaaknummers 200.296.225/01 en 200.296.227/01, waarbij verzoeker zich vertegenwoordigd laat door mr. G.S. de Haas. Verzoeker stelt dat zijn procesrechten op onaanvaardbare wijze worden geschonden en vraagt om behandeling van zijn zaken door andere rechters van het hof.
De wrakingskamer heeft het ingediende verzoek beoordeeld en vastgesteld dat er geen gronden zijn aangedragen die de rechterlijke onpartijdigheid in gevaar zouden kunnen brengen, zoals vereist volgens artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Hoewel verzoeker een processueel bezwaar heeft geuit, concludeert de wrakingskamer dat dit niet voldoende is om het verzoek tot wraking te onderbouwen.
Daarom heeft de wrakingskamer besloten het verzoek buiten behandeling te stellen en het verzoek tot verwijzing naar een ander gerechtshof niet-ontvankelijk te verklaren. De hoofdzaken zullen worden voortgezet in de stand waarin zij zich bevonden ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. De beslissing is openbaar uitgesproken op 7 juli 2022 door de wrakingskamer, bestaande uit mrs. J.W. van Rijkom, P. Hödl en A.L. Bervoets, met mr. M.A.H. Fransen als griffier.