In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 31 mei 2022 uitspraak gedaan in het hoger beroep van Dexia Nederland B.V. tegen een vonnis van de kantonrechter van de rechtbank Limburg. De zaak betreft de ontvankelijkheid van het hoger beroep, waarbij de appellante verzuimd heeft om het originele exploot van de appeldagvaarding tijdig in te dienen. De appellante had op 3 september 2020 een dagvaarding uitgebracht, maar deze was niet op de aangezegde roldatum van 12 januari 2021 ingeschreven. Vervolgens heeft zij meerdere herstelexploten laten uitbrengen, maar ook deze zijn niet tijdig ingeschreven. Het hof heeft overwogen dat de aanhangigheid van de zaak is vervallen omdat de appellante niet heeft voldaan aan de eisen van artikel 125 lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Het hof heeft vastgesteld dat de appellante niet in staat was om het originele exploot te overleggen, wat noodzakelijk is voor de controle van de oproeping van de geïntimeerde. Aangezien de geïntimeerde niet is verschenen en er geen toestemming is gegeven voor het wijzigen van de oorspronkelijk aangezegde rechtsdag, heeft het hof de appellante niet-ontvankelijk verklaard in haar hoger beroep. De proceskostenveroordeling is achterwege gelaten omdat de geïntimeerde niet is verschenen.