ECLI:NL:GHSHE:2021:775
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake partner- en kinderalimentatie na echtscheiding met internationale aspecten
In deze zaak gaat het om een hoger beroep inzake partner- en kinderalimentatie na een echtscheiding tussen een Duitse vrouw en een Nederlandse man. De vrouw, verzoekster in het principaal hoger beroep, heeft in eerste aanleg een beschikking van de rechtbank Limburg (Maastricht) aangevochten, waarin de man was verplicht tot het betalen van partneralimentatie en kinderalimentatie. De vrouw verzoekt het hof om de bestreden beschikking te vernietigen en een hogere partneralimentatie vast te stellen, terwijl de man in incidenteel appel verzoekt om de kinderalimentatie te verlagen en de vrouw te veroordelen tot terugbetaling van teveel betaalde alimentatie.
Het hof heeft vastgesteld dat de vrouw geen aanspraak kan maken op kinderalimentatie, omdat er vrijwel geen contact is tussen haar en hun jongmeerderjarige kind. De man heeft zijn verzoek tot kinderalimentatie ingetrokken, waardoor het hof hem niet-ontvankelijk verklaart in dit verzoek. Wat betreft de partneralimentatie heeft het hof de draagkracht van de man beoordeeld en vastgesteld dat hij in staat is om € 508,-- per maand te betalen, met ingang van de datum van inschrijving van de echtscheidingsbeschikking. Het hof heeft de bestreden beschikking vernietigd voor zover deze betrekking heeft op de alimentatieverplichtingen en heeft de man verplicht tot het betalen van het vastgestelde bedrag aan de vrouw. De proceskosten in hoger beroep zijn gecompenseerd, aangezien partijen (gewezen) echtgenoten zijn.